Volgens mij
Ik zie tot mijn onaangename verrassing dat de uitdrukking volgens mij tot tweemaal toe in Onze Taal van mei 1967 goedgekeurd en daarmee min of meer gesanctioneerd is.
Jammer.
Want volgens mij is plat, lelijk, stopwoord, onzin en overbodig.
Volgens mij is onzin, want je kunt jezelf niet volgen. Je kunt alleen een ander volgen. Dus: volgens Goethe, volgens Freud, volgens Cals, volgens Kant, volgens Dinges, allemaal goed, prachtig, schitterend. De spreker beroept zich op de autoriteit van een ander, en dat siert hem.
Maar volgens mij, hoe nu?, beroept hij zich op de autoriteit van zichzelf? Hoe onbescheiden!
Maar zo bedoelt de spreker het nu juist niet, hij wil juist bescheiden zijn: ‘het is mijn mening maar, en die geef ik graag voor een betere’.
Juist, maar als zodanig is volgens mij dan weer overbodig. Immers, alles wat die man zegt, is - noodzakelijk - zijn mening. Zodra hij andermans mening zegt, zegt hij dat erbij (‘volgens Jan, buurman, Reader's Digest, als ik lieg, lieg ik in commissie hoor’).
Volgens mij is dus overbodig. Alles wat ik totnogtoe heb neergepend is (noodzakelijkerwijs) mijn mening; toch heb ik niet aan het begin van elke zin of elke zin gezet ‘volgens mij’. Waarom niet? De lezer zal heus wel uit zichzelf begrijpen dat het een subjectief relaas is, allemaal mijn mening, allemaal ‘volgens mij’. Wat overbodig is, schrijf je niet, dat spaart weer tijd.
Volgens mij is dus kennelijk ook stopwoord, en vooral van de onontwikkelde man.
Let maar eens op, op de tv, wie het 't meest bezigen. Juist.
Dat maakt het dus plat.
En lelijk?
Tja, daarover valt natuurlijk te twisten.
T.M.F. Steen (Bussum).