Vlaams of Nederlands?
Tijdens een paar nieuwsuitzendingen noteerde ik een aantal uitdrukkingen die met andere, soortgelijke wendingen veel voorkomen in teksten van Vlaamse reporters bij t.v., radio en pers.
Typisch in dit opzicht zijn: ‘de duimen leggen, logenstraffen, harde noten te kraken hebben, het niet onder de markt hebben, in de vlammen opgaan, en dergelijke meer.
Niet alleen zijn deze uitdrukkingen vaak foutief gesteld (duimen, onder de markt hebben), maar vele wendingen worden geregeld met een verkeerde betekenis gebruikt: ‘logenstraffen’ voor ontkennen, ‘te berde brengen’ voor met iets voor de dag komen. Een en ander schijnt erop te wijzen dat deze spraakvormen buiten de gewone omgangstaal worden gezocht.
Toch vloeien ze de Vlaming zo uit de pen: de hoop wordt... ‘uitgedrukt’ of ‘gekoesterd’, troost wordt ‘verschaft’ enz. Als ik het juist voor heb, gebruikt de Nederlander ze niet; omgekeerd zijn de correcte equivalenten in Vlaanderen practisch onbekend.
Ik wou over deze materie twee vragen stellen:
1. | Ervaart u de bedoelde uitdrukkingen als boekentaal en qua gevoelswaarde enigermate overspannen? |
2. | Dit retorische woordgebruik lijkt niet door het Frans beïnvloed. Stamt het soms uit de taal van de rederijkers? of ziet u enig Vlaams auteur die mede verantwoordelijk ervoor zou zijn? |
P. de C. (Brussel)
(Red.) Willen de lezers die in dezen deskundig zijn, een antwoord op de bovenstaande vragen geven?