Klemtoon
(Br. A.D.) ‘Klemtoonverschuivingen zijn in het Nederlands de gewoonste zaak ter wereld’ Dat lees ik in Onze Taal 1963, blz. 70. Inderdaad, maar zijn er ook regels voor te geven? Indertijd leerden wij op school iets over nieuwheidsaccent (meesterknecht), dat na veelvuldig gebruik - als het nieuwe er dus af ging - naar achteren schoof: meesterknecht. Enige maanden lang heb ik genoteerd wat ik aan klemtooneigenaardigheden opmerkte bij het nieuws van de t.v. om 8 uur en ook bij de vraaggesprekken bij de t.v.
Voorbeelden: stimulans, kenmerkend, belangstellenden, verkeersveiligheid, het zegevierende elftal, heeft dit een aanvullende rol? ja een aanvullende rol, teleurstellend, autosnelweg, vrijwaren, ogenblikken, uniform, cafetaria, tegemoetkomend, adembenemend, aangrenzend, kunstnijverheidschool, twijfelachtig, aanvallend werk, interview, overleg.
(Red.) 1. Blijkens Van Dale zijn de volgende beklemtoningen normaal en zelfs de enige die vermeldenswaard zijn:
voornemens
kenmerkend
teleurstellend
aangrenzend
belangstellende
2. Tegemoetkomend is volgens Van Dale juist, als de betekenis is: welwillend, maar daarnaast bestaat: tegemoetkomend verkeer. Bij aanvallend, twijfelachtig en adembenemend noteert Van Dale: het accent wisselt.
3. Stimulans, interview, cafetaria hebben een juiste klemtoon, ook al hoort men vaak interview, cafetaria. Uniform en uniform komen beide voor, de eerste klemtoon is aan het Duits, de tweede aan het Frans ontleend. Woorden, aan andere talen ontleend, hebben hun eigen klemtoon meegebracht; deze strookt lang niet altijd - helaas - met onze gewoonte. Bij samenstellingen met inter leggen wij het accent op het volgende lid: wij stellen hiermee inter gelijk met voorvoegsels als be-, ge-, ont- enz. die in normale uitspraak niet het hoofdaccent krijgen. Zo zal ontstaan zijn interview. Cafetaria is de goede Spaanse klemtoon; -aria is de Nederlandse gewoonte, -eria zal uit het Engels-Amerikaans gekomen zijn.
Men kan meestal niet eerst in Van Dale zoeken, voor met het woord uitspreekt. Afwijken van het voorschrift behoeft nog niet altijd te betekenen dat men een fout begaat, Er zijn in het beschaafde taalgebruik nog meer wisselingen. Zo lijkt ons ook aanvaardbaar: kenmerkend, aangrenzend, voornemens, belangstellend. Vooralsnog vinden wij overleg in plaats van overleg een een soort snobisme.
Misschien is hier ook sprake van een generatieverschil? Hadden in de oudere schrijftaal vormen als kenmerkend, teleurstellend meer de waarde van een bijvoeglijk naamwoord (met zijn eigen klemtoon) dan van een werkwoordsvorm (tegenwoordig deelwoord op -end)?
Opmerkelijk is wel dat de vormen in kwestie juist een zelfstandige vermelding krijgen in het woordenboek; ze zijn dus meer dan een afgeleide vorm, ze hebben een eigen betekenisaspect.
Bij gesprekken voor radio en televisie moet men er ook rekening mee houden dat de dialoog juist een zware beklemtoning kan hebben gestimuleerd. En ten slotte: men kan zich ook eenvoudig vergissen in de klemtoon, men kan zich in een (wat zenuwachtige?) situatie voor de camera verspreken. Sommige van de verzamelde voorbeelden wijzen daar onzes inziens op.