Havenen.
De opmerking op blz. 18 over havenaar richt onze aandacht een ogenblik op have en vooral op de merkwaardige geschiedenis van havenen. Have - bezit hangt duidelijk samen met hebben; wie niets heeft, is haveloos. Voor je have zorgen is: havenen. Het woord betekent in algemene zin: verzorgen, zowel van personen als zaken gezegd. Van dit havenen. zijn oudtijds gemaakt goed begrijpelijke afleidingen als: havening, havenis (zorg, verzorging, verpleging; eigenlijk het oude woord voor ‘service’!), havenschap (waarmee je het lichaam verzorgt: in-het-bad-gaan, verschoning), wanhavenis en havenaar, dat Hooft heeft gebruikt voor zijn (stadhuis) havenaar: concierge.
Men kan echter deze have-woorden (o.i. op havenaar na) niet meer gebruiken daar de betekenis ‘zorg’ verdwenen of op zijn minst verouderd is. Een geheel tegenovergestelde betekenis is daarvoor in de plaats gekomen: toetakelen, beschadigen (waarschijnlijk door ironie ontstaan: slecht havenen, slecht verzorgen). Iets dat gehavend is, is wel het tegengestelde van wat verzorgd is. Dezelfde verandering heeft ongehavend doorgemaakt: van onverzorgd, smerig naar ongedeerd, onbeschadigd.