Trend
In het Correspondentieblad, orgaan van de Centrale van Hogere Ambtenaren en van de Centrale van Hogere Gemeenteambtenaren (sept. '59, blz. 145) lezen wij in een persbericht van het Min. van Binn. Zaken weer eens het al meer door ons gesignaleerde woord trend, nl. de trend van de loonontwikkeling. Bedoeld is de loop, de gang, de tendens, die op grond van de beschikbare gegevens moet worden verwacht. De redactie van dit blad gaat op het persbericht in, maar weet kennelijk (evenmin als wij) weg met het woord. Zij zet het telkens tussen aanhalingstekens: de ‘trend’ geldt, achter de ‘trend’ aanhobbelen, de ‘trend’ tekent zich af. Ironisch zegt zij ten slotte: wij zijn van mening dat het privé-gebruik van een auto, een goede vakantiereis, een behoorlijk eigen huis tot de ‘trend’ van onze niveaugenoten in de maatschappij behoren. U ziet hoe het woord een leventje op zichzelf is gaan leiden. ‘Trend’ betekent niet meer ‘trend’. Het Engelse woordenboek helpt u niet. Daarom liever weg ermee; laat het over aan de vaktaal van de economen die beweren dat het onmisbaar is.