Ter ener zijde?
Eigenlijk zijn we niet erg blij met een overvloed van staande uitdrukkingen. Dikwijls geven ze ons maar spellingnarigheden, vooral als het onberekenbare woordje ‘te’ er deel van uitmaakt. Aan de ene kant kunnen ze dienen als onmisbare hulpjes ter verdeftiging van onze geschreven taal, maar aan de andere kant doen ze soms toch wel erg ouderwets aan. Hoe dan ook, ‘ter ener zijde’ bestaat en het zou onrechtvaardig zijn het woord uit te bannen. Er komen echter een paar broertjes voor: ter eenre zijde, te eenre zijde, te ener zijde. Welke staande uitdrukking staat nu vast? Het woord ‘eenre’ is een oudere vorm van ‘eener’ en is nu zeker in onbruik; aan-de-ene-kant = te-der-enerzijde = ter ener zijde! Wij hopen dat er geen rekenfout in ons sommetje is geslopen...
Een vergelijking met de r-loosheid van ‘te uwer beschikking’ gaat niet op, want deze uitdrukking staat in plaats van ‘voor uw beschikking’ en niet in plaats van ‘voor de uw beschikking’. De andere kant van ‘ter ener zijde’ moet wel ‘ter anderer zijde’ zijn. Zullen we ze beide terzijde schuiven?