U vraagt
of wij ‘inzinking’ van een schip in plaats van ‘diepgang’ goed vinden. Nee, dat vinden we niet goed. Een inzinking is iets heel anders. □ Of wij ‘autostal’ in plaats van ‘garage’ gek vinden. Ja, dat vinden we gek. Desnoods ‘autostalling’. Laten we onze medeburgers die fraaie keuze uit de g's voor garage niet ontnemen: de g van garçon, van gerrit, van genie en van sjorren. □ Wat wij wel gek vinden, is de kermesse d'hiver die de Haagse Bijenkorf op touw heeft gezet. □ Wij moeten evenwel oppassen dat we niet ontaarden tot een werkgroep ter bevitting van de vreemde woorden. □ Goed Nederlands schrijven in de golf van de A-griep is natuurlijk lastiger dan ooit. Afspraken gingen niet door, sprekers moesten verstek laten gaan, besturen van bonden moesten ijlings een andere redenaar ontbieden. Een bepaalde krant schreef over zo'n vervanging: ‘het was nodig door het door de griep verhinderd zijn van de geplande causeur’. Wij vonden dit een alleraardigste verontschuldiging. □ ‘Behoefte’ mag gerust in het meervoud komen als de schrijver daaraan behoefte heeft. Zullen we een -s of een -n nemen? □ Velen kennen uit eigen jeugd of uit eigen omgeving het gebruik van ‘het’ waar wij nu ‘de’ zeggen. ‘Het school’, zegt Theo Thijssen. Een lezer uit Rotterdam kent het van zijn nu reeds lang geleden overleden schooljuffrouw: kinderen, we gaan naar het tweede school. Daarmee bedoelde ze dan het lokaal van de tweede klas. Anderen noemen ‘het fabriek’. Iemand meldde ‘het stoom’ als een oude aanduiding voor de textielfabriek in Twente. □ Die taalbotsingenfilosofie blijft ons achtervolgen. In een Haarlemse etalage, op een radiotoestel: ‘wel duurder maar niet beter!’. □ Zelf zijn we ervan het slachtoffer geworden. In een boekje Ik
geloof dat.. (een bundel radiopraatjes van bekende Nederlanders) had moeten staan volgens de tekst van de spreker ‘het vurige Genootschap Onze Taal’. Eén lettertje is weggevallen, misschien de enige zetfout uit het hele boek maar dan meteen de allerongelukkigste want er staat nu: het vuige Genootschap. □ Als gemene vuigaards vallen we die in elkaar gedraaide samenstellingen aan als: schoolsociaal werk, bedrijfslichamelijke opvoeding. □ ‘Schuitjes die ons in Giethoorn kunnen doen wanen’ moet zijn ‘schuitjes die ons ons enz.’ en dat is lelijk. Conclusie: andere zin maken. Doet u dat maar zelf. □ Een aantekening bij ‘twee duim en op’: de timmerlieden moeten maar eens precies zeggen wat ze met die duimen bedoelen. Een Engelse inch? Of een centimeter. De man met de duimstok heeft het meestal over een duim als hij een centimeter bedoelt. Dit is nu een voorbeeld van heilloze spraakverwarring waartegen wij reeds jaren lang vruchteloos vechten..