Workable majority
In de laatste weken, neen maanden zelfs kunnen wij avond aan avond van de politieke redacteuren beschouwingen lezen over de nieuwe ministers die wel of niet willen komen. Is er eenmaal een nieuw kabinet - team hebben we al gelezen - dan moet het op een meerderheid in de Kamers kunnen rekenen. ‘Team’ kunnen we desnoods, als het nu met alle geweld moet, nog wel slikken. Het heeft iets sportiefs. Zoiets van: de jongens die dit varkentje wel zullen wassen en als het niet lukt, dan lukt het niet. Het nieuwste dat wij over dit team te lezen hebben gekregen - wij slaan al die maanden geen enkele beschouwing over! - maakt ons schichtig en bedroefd. Het team moet een workable majority hebben in het Parlement. Dat Parlement, mèt een hoofdletter, in de kranten onze Eerste en Tweede Kamer bezig is te verdringen, is nog tot daaraan toe, maar met de workable majority doen we niet mee. Waar moet dat heen met onze ministers, of liever met onze krantenschrijvers? ‘Meerderheid waarmee gewerkt kan worden’ is natuurlijk te groot. Pak twee Engelse woorden, die doen het altijd! ‘Bruikbare meerderheid’, onzin! Dat is niet hetzelfde als de workable majority. ‘Werkmeerderheid’, rather crazy! Nee, we zijn niet alleen maar schichtig en bedroefd geworden. Ook onpasselijk. Ba...