Onze Taal. Jaargang 25

Technische taal

‘De problemen worden opgevat als ad-hoc problemen welker oplossing niet haar wortels heeft in een bezinning op het vraagstuk in haar algemeenheid.’ Wel problematisch die worteloplossing in de bezinning en het haar van het stuk. □ ‘Tijdens de kolkvulling stijgt het water in de kolk echter bij korte kolkvulling sneller dan bij lange kolkvulling, zodat na enige tijd een periode volgt waarin het water in de kolk bij lang kolkvulling nog vrij uitstroomt terwijl de q bij korte kolkvulling al beïnvloed wordt door de benedenwaterstand.’ Beneden het lange of korte begripsvullingspeil deze kolkende zin. Het geheim zit natuurlijk in die q. □ ‘De lengterichting van deze concreties wordt door mij beschouwd als zijnde de laaghelling’. Als heer zijnde wordt door mij zoiets niet geschreven. □ Niet alleen een grote sociale blik maar ook een heerlijk stijlinzicht blijkt uit: ‘De prestaties van de werklieden zijn laag en volgens mij omdat ze geen zin hebben in werken en wanneer ze niet werken, kunnen de anderen ook niet, maar dat kan verbeterd worden zonder strenge maatregelen en zonder de werklieden moe worden als ze van betere prestaties direct profiteerden’. □ ‘Om te zien hoe het werk in bedrijf is, zullen we een aan de lopende band binnengekomen motor eens op de voet volgen.’ Gaat Uw gang maar, als U maar niet Uw neus stoot. Hoe het werk in bedrijf is, willen we ook wel eens zien. □ Beeldspraak maakt de taal toch wel genietbaar: ‘De ontwikkeling van de constructie vormt de hoofdschotel van de constructie-research.’ Wij leggen de vinger op de zwakke plek van de research. □ ‘Een tiental boormachines waaronder eentje van 6 meter hoogte.’ Laten we in ons land ook eens een Eiffeltorentje maken. □ ‘Inderdaad heeft hij uit de formule van S voor de dichtheid met behulp van de waarde van de constante het volume van de eindgroepen van homologe reeksen berekend.’ Acht voorzetsels achter elkaar, waarvan vier keer van. Een beetje passen en meten: ze kunnen uit elkaar; drie kunnen er weg, waarvan twee van. Bijv. ‘Voor de dichtheid heeft hij inderdaad uit de s-formule met de waarde van de constante berekend het volume der eindgroepen van homologe reeksen’. □ De man die de man die Piet heet, kent, slaapt. Dergelijke zinnetjes van de vol grapjes zittende onderwijzer komen in de praktijk nooit voor. Maar wel in de technische handboeken: ‘De enige verandering die is aangebracht, is dat de drempels die met de schuine kant naar voren, de kant vanwaar de stroom komt, gezet waren, omgedraaid zijn.’ □ ‘Een van de manieren om de Oosterschelde af te sluiten is door middel van een aarden dam die wij kunnen leggen en geleidelijk opgehoogd worden kan.’ Toch hebben wij een rotsvast vertrouwen in het Deltaplan. □ Uit het Rapport van de Staatscommissie tot reorganisatie van het hoger onderwijs: ‘Voor alles vraagt de Universiteit kennis van en liefde tot de schoonheid van de Nederlandse taal: zoveel kennis dat iemand bij het verlaten van de middelbare school zijn gedachte helder en in goede vorm kan uitdrukken.’ (Hierin staat géén fout!) □ ‘Door het uitweiden over dit probleem kan het gevaar geschapen worden dat wat het probleem aan het gemakkelijke oplossen tegemoetkomt, hierdoor wordt overzien.’ En over deze zin, wel niet eentje van 6 meter maar wel van 23 woorden, gaan we een maand piekeren. Liggend in een luie badstoel, de ogen gericht op de loodgrijze hemel..