Lijk
(J.M.H.D.) De minister van binnenlandse zaken heeft onlangs van de gelegenheid gebruik gemaakt enkele artikelen van de begrafeniswet een andere omschrijving te geven. Zo luidt artikel 1 van de vigerende wet:
Elk overleden persoon en doodgeboren kind wordt in eene gesloten kist begraven op eene begraafplaats, overeenkomstig deze wet aangelegd of volgens de overgangsbepalingen dezer wet toegelaten.
In het ontwerp van wet (van 17 Januari 1952, no. 2410) is voorgesteld artikel 1 als volgt te lezen:
Het lijk van een overleden persoon of doodgeboren kind wordt in een gesloten kist begraven op een begraafplaats, overeenkomstig deze wet aangelegd of volgens de overgangsbepalingen dezer wet toegelaten, doch slechts in volgende gevallen:
a. indien de overledene bij uiterste wil of bij een akte, als omschreven in artkel 982 van het Burgerlijk Wetboek, de wens te kennen heeft gegeven, dat zijn lijk verbrand worde;
Ik vestig Uw aandacht op de woorden ‘Het lijk van een overleden persoon...’ en ‘... de overledene de wens te kennen heeft gegeven, dat zijn lijk verbrand worde’.
- Niet alleen is het begin van de zin, naar mijn smaak, alles behalve fraai, maar de gehele constructie is fout. Immers lijk en overleden persoon zijn identiek. Een lijk is een overleden persoon en een overleden persoon is een lijk. Er staat dus het lijk van een lijk of de overledene van een overleden persoon.
(Red.) Een merkwaardig artikel. We maken er uit op, dat iemand na zijn dood begraven moet worden, indien hij voor zijn dood uitdrukkelijk gezegd heeft, dat dit niet moet geschieden. Is het voorstel heus wel zo geformuleerd? ‘Lijk’ en ‘overledene’ zijn niet gelijk in gebruik. Het eerste is de stof, het tweede de persoon. Heel gewoon is toch bijv. in een rede ‘de overledene was een goede man’; men zou vreemd opkijken, als men hoorde ‘het lijk was een goede man’.
OPROEP TOT DE JAARLIJKSE
LEDENVERGADERING
Deze zal worden gehouden op Zaterdag 4 Juni e.k., te 15.30 uur, in café-restaurant Den Hout, Bezuidenhout 11-13 te 's-Gravenhage. Aan de orde zijn de jaarlijkse mededelingen en de plannen omtrent het taalcongres.