Die lastige Russische woorden
(Mu.) Het aanzicht van Russische woorden geeft mij aanleiding nog even terug te komen op de ‘translitteratie van Russische woorden’, waarover U in het Septembernummer sprak. Het wil mij nl. toeschijnen, dat bij de bedoelde translitteratie onvoldoende aandacht besteed is aan één aspect, nl. de uitspraak van de gemiddelde Nederlander, als hij onvoorbereid een Russisch woord ziet staan in de lettertekens, die hem vertrouwd zijn. Hiermee nu is wel rekening gehouden bij de ‘oe’-klank. Hier is bewust afgeweken van de regel ‘één Nederlands teken voor één Russisch’, want anders zou hier evengoed de letter ‘u’ gebruikt kunnen worden. Voor verwarring in het Russisch behoefde men niet te vrezen, dat het Russisch een klinker als in ons woord ‘uur’ niet kent. Maar waarom dan hetzelfde niet gedaan met de ‘ie’? Vooral aan het eind van een woord, waar in het Russisch een ‘ie’ staat plus het ‘zachte teken’ (een mouilleringsteken, een licht jee-tje), zou ‘iej’ beter op zijn plaats zijn dan ‘ij’, waarvoor een Nederlander natuurlijk de klinker van ons woord ‘ijs’ zal gaan zeggen. En zo zie ik ook meer voordeel in een s en f inplaats van een z en w op het eind van een woord of vóór een scherpe medeklinker, daar een Nederlander de neiging heeft ‘Charkow’ uit te spreken van ‘Charkou’ en zijn best zal doen de z aan het eind van bijv. ‘raz’ zacht uit te spreken, terwijl hij ‘Charkof’ en ‘ras’ wel goed móét uitspreken. Wat tenslotte de klemtoon betreft, wat zal ons - om een uitspraak als ‘Bóris Gódoenof’ of ‘Róstof’ te vermijden - beletten in de Russische woorden accenten te plaatsen?
(Red.) Het zou dus, volgens U, aanbeveling verdienen de translitteratie nog eens critisch te bekijken. Wij begrijpen Uw bezwaren volkomen, maar moeten daartegenover stellen, dat de maker van deze translitteratie, Prof. van Wijk, een van Nederlands knapste Slavisten en Neerlandici was. In de inleiding op zijn translitteratie gaat hij op Uw bezwaren uitvoerig in. Het zou ons te ver brengen deze kwesties in ons blad, waarvan verreweg de meeste lezers niet in een of andere Slavische taal geschoold zijn, te behandelen. Wat ons betreft, wij blijven het houden bij Van Wijk, totdat in kringen van Slavisten en Neerlandici voor de translitteratie andere voorstellen zijn gedaan.