Mits
Een zin als ‘U kunt komen mits na kennisgeving’ wordt door sommige taalboeken afgekeurd, daar ‘mits’ hier geen voegwoordelijke functie heeft. Naar aanleiding van enkele vragen dienaangaande hebben wij ons tot onze Raad gewend. Een der deskundigen schrijft hierover:
‘U kunt komen mits na kennisgeving’ - is een korte taalvorm, die bij eerste ontmoeting op mij een enigszins onaangenamen indruk maakt vanwege zijn stroefheid en onwelluidende samenstoting van accenten, maar die ik, als ik de gebruiksmogelijkheden van mits als voegwoord overweeg, toch niet kan afkeuren. Nu volgt normaliter op mits als voorwaardelijk voegwoord een zin met onderwerp en werkwoord; maar reeds in het midden van de 19e eeuw kan mits ook verbonden zijn met een voorzetselbepaling die de voorwaarde omschrijft, getuige het vb. in Nedl. Wdb. IX, 891 onder punt 13: Laat hem zoeken wat hij begeert overal elders mits niet aan de Universiteit. In het tegenwoordig taalgebruik zijn mij als gewoon bekend zinnen als: laat hem maar komen, mits op tijd. In deze vbb. kan men als ‘weggelaten’ beschouwen het onderwerp + werkwoord van den voorafgaanden zin, dus: laat hem komen mits hij op tijd komt, en: mits hij niet aan de Universiteit zoekt. Vermijding van de herhaling kan aanleiding zijn tot verkorting. In ‘mits na kennisgeving’ echter is dat niet waarschijnlijk: mits U komt na kennisgeving. Het verschil is nl. dat ‘na kennisgeving’ zelf een werkwoordelijk karakter heeft, en dus gelijk staat met: ‘na kennis te hebben gegeven’, of ‘nadat ge kennis hebt gegeven’.
Andere leden willen dit ‘mits’ ook niet afwijzen. Een van hen schrijft nog:
De functie van dit mits is het stellen van een beperkende voorwaarde. Syntactisch onberispelijk, maar niet gelijk in gebruikswaarde zou zijn: U kunt komen, mits U tevoren kennis geeft. Verbinding van mits met een bepaling of een niet-vervoegde vorm is mogelijk. De aarzeling die ik in dit geval ondervind, schijnt mij toe haar grond te hebben in de onzekerheid, of men ‘mits na kennisgeving’ moet aansluiten bij ‘komen’ dan wel bij ‘kunnen komen’, en in het laatste geval, of dit begrepen wordt als een faculteit van ‘U’, dan wel als gelijkstaande met ‘Wij geven U verlof’.
Ondanks deze bedenkingen zou ik niet zo ver willen gaan de, trouwens zeer gangbare, wending te verwerpen.
Dat men zich ook stipt kan houden aan de regel uit de meeste taalboeken, blijkt uit de volgende mening: ‘U kunt komen, mits na kennisgeving’ lijkt mij fout, tenzij in een telegram, kop van krantenbericht e.d. Het woord is thans onderschikkend voegwoord. Men dient dus te zeggen: mits U te voren van Uw komst kennis geeft.