Overeenstemming in persoon
De regel is gemakkelijk genoeg: een werkwoord richt zich bij de vervoeging naar het onderwerp. Nochtans doken er deze maand twee moeilijkheden op. Wat is het beste: ‘Mijn broer of ik heeft het’ of ‘heb’ of ‘hebben’? Ja, hoe men het ook draait en welke regel men ook opstelt, de overeenstemming in persoon blijft verstoord. Het onderwerp bestaat uit twee personen (3e en 1e). Grammaticaal en stilistisch lijkt ons ‘Mijn broer heeft het of ik’ of anders ‘Ik heb het of mijn broer’ het beste. Dan was er een probleem bij ‘noch’. Is het ‘de tuinman noch de timmerman heeft’ of ‘hebben’? Eerlijkheidshalve moeten we vermelden, dat beide vormen even veelvuldig voorkomen; zo vinden we in een van Charivarius' publicaties: ‘Willem noch Maria vergaten.. en ‘De Europeaan noch de Chinees heeft..’.