Worden verzocht
(V.) In het boekje van P.J. Moes en M. Mendel ‘Handelstaal’ (5e druk) lees ik op pag. 76 over ‘de leden wordt verzocht’: ‘Deze constructie is verouderd. In de beschaafde spreektaal wordt gezegd: de leden worden verzocht. Er bestaat geen aanleiding om in zakenbrieven de ouderwetse vorm te gebruiken.’
(Red.) We zouden zeker niet de taal van iemand, die ‘worden verzocht’ zegt, onbeschaafd durven noemen. We hebben er voor eens ‘In de Doolhof van het Nederlands’ van Damsteegt opgeslagen en lezen op pag. 52, 3e druk: ‘Natuurlijk verdient het aanbeveling zich in verzorgde taal te houden aan de grammaticaal juiste constructie, maar het lijkt mij niet onmogelijk, dat de constructie-op-het gevoel steeds meer veld zal winnen, te meer omdat bij andere werkwoorden dezelfde ontwikkeling valt op te merken.’ In O.T. 1935, pag. 14, keurt de redactie ook de vorm ‘worden verzocht’ af.