Een stokje er voor
(Me. Cl.) Ik hoorde van een boer, dat in zijn kindstijd een gemeenschappelijk weiderecht bestond in de herfst, op elkanders grond, nadat de vrucht was binnengehaald. Wanneer een boer afzag van het binnenhalen van bijv. knolgroen, dan werd dit opgegeten door andermans schapen. Wilde een boer nu aangeven, dat hij nog wilde oogsten, dan stak hij een stokje in de grond. Zo kon de eigenaar ‘een stokje er voor steken’. Vandaar die uitdrukking.
(Red.) Men heeft bij de verklaring van deze uitdrukking ook wel eens gedacht aan een stok, die als grendel dienst doet, waardoor een deur of een hek gesloten kan worden.