Is het niet zaak, om zich tegen dit gebruik met kracht te verzetten?
De wrede, manlijke Byzantijnse Keizerin Irene (± 800) noemde zich ‘basileus’ (keizer) en ‘autokratoor’ (alleenheerser). Het lijkt mij zeer ongewenst, wanneer Nederland anno 1952 haar in deze gewoonte zou navolgen! Wat is hierover Uw mening?
Verder hoort men herhaaldelijk het woord ‘ruling’ voor ‘richtlijn’ bezigen. Dient ook dit gebruik niet met kracht te worden bestreden? (Nou, en of! Red.)
Tenslotte nog twee voorbeelden van fraaie uitdrukkingen:
‘uitdewegruiming’ (één woord!!) en ‘gegorengde sambals’ (verkrijgbaar in een winkel van Indische en Chinese levensmiddelen). (Dit zijn gevallen van woordkrampjes, een nieuwe ziekte. Het verschijnsel is: samentrekking, niet van de maag, in welk geval men van maagkramp spreekt, maar van woorden, weshalve men van woordkramp spreekt. Deze ziekte moet bestreden worden, zodra zij wordt opgemerkt. Red.)
En wat de eerste vraag belangt, wij gebruiken ook liever het vrouwelijk woord voor den titel, maar in de genoemde gevallen hebben wij te maken met een titel, welke in de wet is vastgelegd. De nieuwslezer en de vrouwelijke hoogleraar gebruiken dus den wettelijken titel. Daartegen willen wij ons niet verzetten, te minder daar ook wijlen onze onvergetelijke vriendin, mej. dr. Van Lessen, hoofdredacteur van het Woordenboek, den wettelijken mannelijken titel in haar practijk handhaafde. Wij spreken echter van een directrice van een kindertehuis bijvoorbeeld. De wet echter zit ons wel meer dwars....