Nog eens: boter aan de galg gesmeerd.
Een van onze lezers schrijft ons naar aanleiding van de uitdrukking: 't Is boter aan de galg gesmeerd (zie O.T., 1950 Septembernummer): Het had me wel eens verwonderd, als ik deze uitdrukking in een woordenboek of in Ned. Spreekwoorden en Zegswijzen van K. ter Laan, 1e dr. tegenkwam, te moeten vernemen dat de taalgeleerden niet verder konden komen dan tot de betekenis: ‘'t Is vergeefse moeite of vruchteloze pogingen.’ Want ik hoorde deze zegswijze meestal gebruiken in de betekenis van: 't is verspilling of wel 't is zonde van het kostbare middel (in dit geval de boter). Dus ‘zonde’ opgevat in de betekenis van ‘'t is jammer’.
Dikwijls hoort men, als er gezegd wordt: 't is zonde: weet je wat zonde is: boter aan je achterste smeren en je brood droog opeten, dat is ‘zonde’.
Bij het nazien van wat het woordenboek van Koenen, 22e dr., van galg zei, zag ik dat daar ook sprake is van ‘een houten staak of wip boven een put met een beweegbare arm of hefboom. Zo'n beweegbare arm moest dus ook af en toe gesmeerd worden, maar het zou zonde geweest zijn om daarvoor goede boter te gebruiken, als er een smeersel van geringere waarde beschikbaar was.
In mijn mening omtrent de bedoeling van dit gezegde werd ik dus versterkt. Als U meent dat ze ongegrond is, verneem ik gaarne waarom.
Over het ontstaan van deze zegswijze zijn de taalgeleerden het niet eens. Het is niet onmogelijk, dat bovengenoemde verklaring de juiste is, doch met zekerheid is het niet te zeggen. De bedoeling moet men opmaken uit de wijze, waarop de uitdrukking gebruikt wordt. Het W.N.T. geeft verscheiden voorbeelden uit de literatuur b.v.: ‘Wat men doet om dien kwajongen terecht te brengen, 't is boter aan de galg gesmeerd’. - ‘Ik zend u hiernevens een gedigtje.. Het dingetje komt mij heel stichtelijk voor: het is vol uit de Schrift.... Doe er maar naar, anders is het boter aan de galg’. - ‘Onse Doctoren raasen wel hier tegen,.... doch dat alles kan niet helpen, 't is booter aan de galg gekletst, onze Vrouwen volgen haaren zin, en laaten praaten die praaten willen’. - ‘Ongelukkiglijk hielp het weenen en klagen zoomin als de vermaningen en gebeden: het was al boter tegen de galg gekletst’.
In deze voorbeelden moet de zegswijze toch wel betekenen: het is vergeefse moeite, vooral in de laatste twee blijkt dit duidelijk uit de voorafgaande zinnen: ‘doch dat alles kan niet helpen’ en: ‘ongelukkiglijk hielp het weenen en klagen zoomin’ enz. Het helpt niet, 't zijn vruchteloze pogingen. Evenwel ligt deze betekenis niet zo ver af van: 't is verspilling. Vergeefse moeite is immers verspilde moeite: 't is jammer van de moeite, die er aan wordt besteed, 't helpt immers toch niet, wat je ook doet!
Helemaal gaat de vergelijking echter niet op. Want al is het verspilling voor het smeren van de galg boter te gebruiken, het helpt wel, het beoogde doel wordt bereikt en dit is juist niet het geval als men de uitdrukking in figuurlijken zin bezigt. Dit pleit wel enigszins tegen deze verklaring. De uitdrukking zou dan moeten betekenen: ‘het is verspilde moeite, het doel is ook zonder die moeite wel te bereiken’ en dit is zeker niet de bedoeling. Doch het is niet ondenkbaar, dat de zegswijze oorspronkelijk alleen een verspilling bedoelde aan te geven, waaruit dan als vanzelf de betekenis van vruchteloosheid kan zijn ontstaan. Voorzover wij weten, zijn hiervoor echter geen bewijzen gevonden.