Onze taal op de middelbare school
Aan de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen is het volgende adres gericht:
De ondergetekenden, functionarissen en oud-functionarissen bij openbare en particuliere instellingen en bedrijven en bij het onderwijs, nemen bij dezen de vrijheid zich tot Uwe Excellentie te wenden met een adres inzake de Nederlandse taal.
Zij veroorloven zich de aandacht van Uwe Excellentie te vragen voor de volgende opmerkingen en conclusies, waartoe hun vele en voortdurende ervaringen met betrekking tot het gebruik van de moedertaal in velerlei omstandigheden geleid hebben.
Het schriftelijke gebruik van het Nederlands laat in ontelbare gevallen zeer veel te wensen over. De laakbare invloed hiervan is onberekenbaar groot. Vooral wanneer diegenen, die uit hoofde van hun maatschappelijke taak of positie als gezaghebbend beschouwd worden, zich in slordige taal en stijl uitdrukken, wordt het euvel welhaast traditioneel. De dagbladpers o.a. geeft door een dagelijks te constateren vloed van on-Nederlandse taal en onverzorgde stijl een hoogst betreurenswaardig voorbeeld. Merkwaardig is, dat vele wijd-verspreide mode-uitdrukkingen dikwijls in strijd zijn met de eigen aard van de moedertaal en schijnen voort te komen uit een zucht naar zekere gewichtigheid. Ook blijkt vaak het juiste begrip van de betekenis van woorden en uitdrukkingen te ontbreken, waardoor zij verkeerd worden gebruikt.
Het mondelinge taalgebruik, dat niet zelden in aanzienlijke mate de invloed van geschreven taal ondergaat, pleegt evenmin van zorgvuldigheid blijk te geven. De taak van de radio is ten opzichte van de taal te vergelijken met die van het dagblad.
De ondergetekenden stellen de vraag buiten discussie, of een algemene onverschilligheid dan wel onvermogen met betrekking tot de beheersing der moedertaal, hier als oorzaak beschouwd moet worden;
eveneens de veronderstelling, dat de Nederlandse belangstelling voor zaken van internationale aard de waarde van nationaal bezit naar de achtergrond dringt;
mede de veronderstelling, dat de algemene aandacht zich zozeer heeft gericht op de moderne techniek, dat het belang van geestelijk goed en geestesbeschaving weinig meer beseft wordt en afkeer van inspanning ter verkrijging daarvan in te grote mate voorkomt.
Zij achten het echter hun plicht met nadruk te wijzen op het feit, dat de moedertaal het belangrijkste instrument is voor talloze uitingen van de eigen beschaving en dus voor het behoud der beste tradities van ons volk. Dat de veelomvattende functie van de eigen taal van onvergelijkelijke waarde is, wordt ook uitdrukkelijk bewezen door de geschiedenis: de uitvoering van het plan de taal der overwonnenen te verbieden, geldt steeds als het volmaken van een overwinning.
In het algemeen blijkt er uit het taalgebruik in Nederland geen besef van de hierboven vermelde overwegingen. De voor Nederlanders zo noodzakelijke kennis van vreemde talen wordt door de verwaarlozing van de eigen taal bovendien slechts nadelig beïnvloed.
De ondergetekenden menen, dat er geen verbe-