Meervoudsvormen van titels
Een deskundig medewerkster schrijft ons: Het meervoud van chef-monteur is in elk geval niet chefs-monteur, maar chef-monteurs. Chef is een bepaling bij monteur, niet monteur bij chef. De man is monteur; hij is echter geen gewoon monteur, maar een bepaald soort monteur, nl. chef-monteur, evenals een hoofdonderwijzer een bepaald soort onderwijzer is. Wij zeggen daarom ook niet hoofden-onderwijzer, maar hoofdonderwijzers. Ook hoofdambtenaren, hulp-onderwijzers, hulp-officieren. Hetzelfde geldt natuurlijk voor chef-telefonisten. Het hoofdwoord van de samenstelling is telefoniste. Chef is weer een bepaling bij telefoniste. Het geeft een beperking aan. Hoewel ik persoonlijk liever het verbindingsstreepje zou laten staan, geloof ik echter niet, dat er bezwaren tegen zijn het te schrappen juist naar analogie van de bovengenoemde samenstellingen met hoofd, welke precies dezelfde beteekenis hebben.
Geoefend werkman. Meervoud: geoefende werklieden. Bij ons is het meervoud van dergelijke samenstellingen uit man nu eenmaal -lieden, werklieden, huislieden, timmerlieden, ambachtslieden. De vorm werkmannen is geen gebruikelijk Nederlandsch. De bepaling ‘geoefend’ is hier half bijvoeglijk naamwoord, half bijwoord. Zoo in geoefend ruiter. Geoefend heeft hier betrekking op het rijden: de persoon zelf is niet geoefend, het rijden is geoefend. Zoo ook: een hard werker: de werker is niet hard, maar het werken, dat hij doet. Dergelijke woorden worden echter verbogen als een bijvoeglijk naamwoord, als ze in het meervoud gebruikt worden. Ik kan zeggen: Jan is een geoefend ruiter, maar niet: Jan en Piet zijn geoefend ruiters; nee, Jan en Piet zijn geoefende ruiters, geoefende werklieden.
Laten wij onze taal geen geweld aan doen en zoo bederven ter wille van onze nieuwe titels.
Ook al is geoefend werkman als titel bedoeld, dan nog moet het meervoud luiden: geoefende werklieden. Dat is de eenige mogelijkheid m.i. Stel dat er in een advertentie stond: Het P.T.T.-bedrijf vraagt twee geoefend-werkmannen. Taalbederf. Veel beter zou dan zijn geoefende werklieden; dat is nu eenmaal het meervoud van geoefend werkman. Titels behoeven niet altijd onverbogen te zijn. De tweede naamval van ‘Uwe Excellentie’ of ‘Hare Majesteit’ is wel degelijk ‘Uwer Excellentie’, ‘Harer Majesteit’.
(hl) De meervoudsvorm -lieden drukt, zooals wel eens gedacht wordt, niet een lagere waardeering uit. Men spreekt ook van lieden van goeden stand, lieden die in goeden doen zijn.