Flesschentrekkerij
Het is ons verboden goederen te koopen met het oogmerk, zonder volledige betaling zich of een ander de beschikking over deze goederen te verzekeren; althans daar een beroep of een gewoonte van te maken. ‘Flesschentrekkerij’ heet dit door artikel 326/a van het Wetboek van Strafrecht gewraakte gebruik.
Hoe komen wij aan deze uitdrukking: flesschentrekken, of, zooals wij vroeger zeiden, op flesschen trekken? Onze neiging om een welgeslaagden coup, onder gelijkgezinde vrienden, met een goede flesch te vieren?