De C.T.T. en haar werk
De Centrale Taalcommissie voor de Techniek; wat is zij en wat doet zij? Zij is een lichaam, in het leven geroepen door het Koninklijk Instituut van Ingenieurs, en zij stelt zich ten doel op het gehele veld der techniek de terminologie keurend te beschouwen, en die termen, die in onze taal niet thuisbehoren, door goed-Nederlandse te vervangen.
Het verlangen om onze taal te ontdoen van vele ingeslopen barbarismen en van veel dat haar karakter aantast of haar ontsiert, is niet nieuw; het is dit verlangen geweest dat nu al weer zeventien jaar geleden een aantal Nederlanders tezamen bracht om middelen te beramen die tot het beoogde doel konden leiden: Onze Taal ontstond. Het Genootschap, met zijn Raad van Deskundigen; met zijn maandblad, waarin de leden op ongedwongen wijze van gedachten konden wisselen over vragen van taalgebruik. Het blad, dat hun de gelegenheid bood verdachte woorden en uitdrukkingen aan te brengen, die dan door het deskundige College zouden worden gekeurd.
Dat is al spoedig een succes geworden; de lijsten van ter beoordeling ingezonden termen namen in omvang toe en onze Raad heeft stellig niet te klagen gehad over gebrek aan belangstelling.
Het waren aanvankelijk gewone dagelijkse woorden en uitdrukkingen die de leden aanbrachten, maar onder deze leden bevonden zich ook technici, die met woorden aankwamen, ontleend aan de terminologie, eigen aan hun techniek. En dat maakte de zaak wel wat moeilijk; het was immers niet te verwachten dat onze deskundigen, Neerlandici, zo maar in staat zouden zijn zich op het gebied der techniek te bewegen. Het eerste werk moesten dus de technici zelf doen en zo vormde zich dan ook spoedig een commissie van scheikundigen, die lijsten opstelde van woorden die herziening behoefden. Deze lijsten werden onzen Raad ter beoordeling aangeboden en zo ontstond de eerste publicatie van herziene termen op het gebied der chemische wetenschap.
Dit voorbeeld vond navolging; al spoedig verenigden zich belanghebbenden bij de luchtvaart, die op hun beurt de bij hen gebruikelijke terminologie aan een keuring wilden onderwerpen. De oude leden van ons Genootschap zullen zich de publicatie herinneren, die de vrucht was van dit overleg: Luchtvaartwoorden, een boekje van niet minder dan 63 bladzijden, dat enige drukken beleefde.
Maar het veld der techniek is groot, en dit veld geheel te bestrijken, daartoe waren de technici die lid waren van het Genootschap niet in staat. Toen was het dat het Koninklijk Instituut van Ingenieurs heeft ingegrepen, het lichaam waar beoefenaren van vele technieken elkaar ontmoetten; wanneer dit zijn schouders onder het werk wilde zetten, moest het wel slagen. En het is geslaagd; de Centrale Taalcommissie, met haar vele sub-commissies, die het gehele gebied der techniek bestreken, heeft prachtig werk gedaan. En doet dat nog. Men staat versteld over het aantal woorden, in de verschillende technieken in gebruik, die niet door den beugel kunnen; ware ‘wonderen der techniek’. Lijsten van vijfhonderd woorden en meer, betrekking hebbende op één techniek, zijn geen zeldzaamheid. De hoeveelheid werk die verzet moest worden, de eindeloze besprekingen die gehouden moesten worden voor zo'n lijst tot stand kon komen, zijn verbazingwekkend.
Wij hopen binnenkort eens iets uit deze lijsten over te nemen; het werk dat de C.T.T. verricht is menigmaal van belang ook voor ons, niettechnici.