‘Bedenking’
In het December-nr. '47, in het artikeltje ‘aanvoelen’ spreekt u van ‘de geopperde bedenking’. De Woordenboeken zullen ‘bedenking’ wel als goed Nederlandsch opgeven, maar het wekt toch den indruk, alsof de invloed van het Duitsche ‘Bedenken’ en ‘Bedenkung’ teweegbrengt, dat het het zuiverdere ‘bezwaar’ verdringt.
Ta.
(Het W.N.T. althans maakt geen bezwaar tegen het door inz. gewraakte woord; het omschrijft: ‘Een overweging waarbij men bezwaar maakt tegen een plan, een bewering enz.’. Vele citaten uit vroegeren en tegenwoordigen tijd. Eenige aanwijzing dat ‘bezwaar’ zuiverder Nederlandsch zou zijn, vinden wij in het W.N.T. niet. Gevoelt inz. ‘bedenking’ en ‘bezwaar’ als geheel synoniem? Is er niet een zeker nuanceverschil? Geel schreef: ‘Deze aanteekening is het gevolg eener scherpzinnige en geleerde bedenking van mijn jongen vriend, den Heer Cobet’; in dezen zin zouden wij ‘bedenking’ niet door ‘bezwaar’ willen vervangen.)