‘Een ander woord’
Charivarius heeft ons een ander woord gegeven. Wat beteekent dat; gaat hij ons op zijn ouden dag Tante-Betjes aanbevelen, of pain-de-luxe-broodjes verkoopen? Neen, hij geeft ons ‘een ander woord’, een reeks van ‘andere woorden’, met andere woorden: een aantal synoniemen en zinverwante woorden, voor het geval wij daaraan behoefte zouden hebben.
Doen wij dat? Stellig, oordeelt Charivarius. Hoor wat hij zegt. ‘Een der oorzaken van de eentonigheid, kleurloosheid en saaiheid van de stijl is het verwaarlozen der synoniemen. Een treffend voorbeeld levert het thans zo mateloos veel gebruikte “vrijwel”. Het begrip “niet geheel en al” kan uitgedrukt worden door dit woord - maar ook door: bijna, bijkans, schier, ongeveer, nagenoeg, zowat, zo goed als, ten naaste bij, omstreeks, omtrent. Wie nu binnen beperkt bestek herhaaldelijk een term voor dit begrip behoeft, mag op straffe van eentonigheid niet steeds “vrijwel” schrijven, hoe goed dit woord op zichzelf ook zij. Hij moet telkens “een ander woord” gebruiken, zorgvuldig kiezende uit de rijke schat der Nederlandse Synoniemen en Zinverwante Woorden. Doet hij dit niet, dan wordt zijn geschrift, hoe zuiver het overigens gesteld moge zijn, vlak en vervelend.
Onze schrijvers schijnen inderdaad soms enig besef te hebben van de saaiheid hunner zinnen, en behoefte te gevoelen aan schakering.
Maar in stede van afwisseling aan te brengen door te putten uit onze eigen zo synoniemenrijke taalschat, roven zij dan veelal een woord uit den vreemde, uit het Frans, Engels of Duits - deze opsomming is historisch -, al naar de mode van den dag het voorschrijft, geven het een vaderlands vernisje en brengen het ter markt. Zo heeft men niet lang geleden gemeend onze woordvoorraad te moeten verrijken met de barbarismen “zich realiseren” en iets later met “belevenis” (Erlebnis), alsof wij niet ruim voorzien waren van betere waar - voortbrengselen van eigen grond, zo als: beseffen, begrijpen, gevoelen, zich bewust zijn, zich rekenschap geven, doordrongen zijn, en als: avonturen, lotgevallen, wederwaardigheden, ondervindingen, ervaringen. Na enige tijd verdwijnt zulke goede gangbare munt uit de omloop en ligt dan ongebruikt en vergeten in de bank, het woordenboek, en in de schatkamers, het werk van enkele weinig gelezen klassieke schrijvers. Sprekers en hoorders, schrijvers en lezers plegen verzot te zijn op nieuwe modewoorden, vooral als zij van vreemde makelij zijn; deze beheersen dan de stijl, tot scha van diepte, kleur en duidelijkheid en zo bewonen wij onze taalwereld te midden van al onze rijkdom in vrijwillige armoede en gebrek.
De schrijver die zijn stijl fris wil houden dient dus zo veel mogelijk synoniemen beschikbaar te hebben. De journalist die zijn haastig gesteld