| |
Van onze leden.
Bridge-taal
- Een lid schrijft: In het laatste nummer van Onze Taal vraagt men een ander woord voor ‘manche’ in het bridge-spel. De vraag ware algemeener te stellen met: wie weet een ander woord voor bridge, trick, down, slam, robber, enz.
Wie het oude en inheemsche kaatsen kent, het heeft gespeeld en bekend is met de daarbij gebruikte woorden, weet dat vreemde uitdrukkingen er niet bij gebruikt worden. Men heeft daar de woorden (vertaald in het Nederlandsch): opslag, bovenslag, perk, kaats, eerst, spel om niets, buiten, en misschien nog vele andere.
Een half spel is een ‘eerst’, dat verdwijnt door het behalen van een spel door de tegenpartij, zooals de behaalde punten verdwijnen bij het behalen van een manche door de tegenpartij.
Wat zou er tegen zijn een manche te noemen een ‘eerst’, een robber een ‘spel’? Wil men half en heel of vol spel? Tricks zijn slagen, down is tekort. Zoo goed als het Engelsche slam past toch ook het Nederlandsche ‘smak’, dunkt mij. Maar hoe krijgt men dat alles ‘er in’. Het komt mij haast even moeilijk voor als het invoeren van een nieuw talstelsel.
| |
Verbuiging-vervoeging
- ‘Aan welk dezer beide woorden geeft gij de voorkeur? Hebben wij vervoeging uit het Duitsch?’, vraagt een lid. Verbuigen is niet hetzelfde als vervoegen. Verbuiging (declinatie) duidt aan de verandering van den uitgang, naar geslacht, getal en geval of aantal. Vervoeging (conjugatie) is het regelen van een werkwoord naar wijzen, tijden en personen. In het Duitsch worden zoowel declinatie als conjugatie weergegeven door Beugung(Biegung).
| |
Bijdrage
- Een van onze leden, die zich op het standpunt stelt van den schrijver van het artikel ‘Het niet-Duitsgekleurde woord’ had eens aan iemand voorgesteld voor (geldelijke) bijdrage te zeggen gift en toen ten antwoord gekregen dat het weinig aanbeveling verdiende zuiver Nederlandsche woorden uit te bannen, omdat woorden uit een andere taal er op gelijken.
Dit, zegt ons lid, is ook zijn bedoeling niet; en dat is ook niet wat hij bedoelt met ‘Duitsch-gekleurd’. Een woord als ‘vorst’ is niet Duitsch-gekleurd, al gelijkt het Duitsche ‘Frost’ er op. Het verschil tusschen ‘gift’ en ‘bijdrage’ is misschien, dat het eerste onbetwist Nederlandsch gekleurd is, terwijl op het laatste (dat in de tweede helft der 18de eeuw bij ons in gebruik is gekomen, waarschijnlijk het eerst in het meervoud ‘bijdragen’, gevolgd naar het Hd. ‘Beiträge’) (Wdb. II, 2594) de taal, waaraan het ontleend is, heeft afgegeven.
| |
Zoo deftig
- Een belangrijke functie van de huid is het regelen van de lichaamstemperatuur en het uitdrijven van afvalstoffen. Dit proces heet zweeten. Wordt het zweetend lichaam niet geregeld gereinigd, dan gaat het kwalijk rieken; dan ontstaat wat men aanduidt met lichaamsreuk of lijflucht.
Een zeepfabrikant schildert met sprekende - overigens vrij onsmakelijke - afbeeldingen de gevolgen van zulk een tekortschieten in hygiëne, maar hij is veel te fatsoenlijk om het aanstoot gevende Nederlandsche woord te gebruiken; lijflucht, zoo cru!
Body odour zegt hij, hetwelk hij voor gevoelige ooren - want body odour is eigenlijk ook nog shocking - afkort tot B.O. Zóó deftig!
| |
Hardtegraad
- Potlooden worden ons aangeboden in niet minder dan achttien hardtegraden.
Wat verstaan wij onder hardte? Het woordenboek (V, 2196) zegt: ‘Hardheid, doch bepaaldelijk: mate, graad van hardheid. Zij (zekere delfstoffen) onderscheiden zich van de aardachtige grondstoffen door mindere hardte en tegenstand’. Wat wil dan hier dit woord hardtegraad zeggen?
Men kan deze potlooden, met hun vele hardtegraden, ook krijgen ‘natuur gepolitoerd’. Wat de zaak nog maar erger maakt!
| |
Bestand
- Eenige leden merken op, dat h.i. vischstand een bruikbaar woord is, evenals wildstand; Van Dale noemt ze in de beteekenis van visch- resp. wildrijkdom.
Eén lid denkt aan visch-staat, zooals men in de Middeleeuwen sprak van: de vier staten, i.d.b. van volksgemeenschap.
| |
| |
| |
Groningsch
- In de dagbladen vinden wij aankondigingen van de Senaten der verschillende Studentencorpsen; wij treffen daarbij aan de corpsen van Amsterdam, Delft, Groningen, Leiden, Utrecht en Wageningen en zij noemen zich het Amsterdamsche, het Delftsche, het Leidsche, het Utrechtsche en het Wageningsche Studentencorps. Groningen is hierbij de spelbreker; dit corps noemt zich het Groninger Studentencorps.
Waarom? Het is niet Groningsch, want dan zou het moeten zijn Grönnings; het is klaarblijkelijk bedoeld als Nederlandsch. Welnu, moet het dan niet zijn Groningsch, met -sch?
| |
Regelmatig
- korte opschriften geven regelmatig de inhoud van hetgeen komen zal - Lantaarnplaatjes worden regelmatig uit vele landen gevraagd - Ook de leider van ons onderwijswerk maakt regelmatig gebruik van het fotoarchief der vereeniging; de fotoverzameling wordt regelmatig op peil gehouden. (Bedoeld wordt: geregeld.)
| |
Slag
- Wij spraken over een straat in Den Haag als de Frankenslag en een medelid tikte ons daarvoor op de vingers: het moet zijn het Frankenslag, evenals het Wassenaarsche slag. Slag in deze gevallen heeft de beteekenis van: stuk grond, perceel, en is dan onzijdig. ‘De lengte van het slag, in elle-maat uitgedrukt.’ (Wdb. XIV, 1506)
| |
Onnederlandsch
- Een lid vermeldt de volgende woorden, ontleend aan de inaugureele rede van een hoogleeraar: een eenmalig besluit, een vanzelfsprekendheid, goedbedoelde maatschappelijke bestrevingen. Het zal stellig goed bedoeld zijn, maar fraai is het niet!
| |
Entwertung
- Een schrijver stelt ons voor de keus: een toenemende ontwaarding van de valuta, of wel tiërceering, eventueel zelfs annuleering der staatsschuld.
Een akelig alternatief; het laatste tast ons vermogen aan, het eerste bovendien nog de taal!
| |
Enkelvoud of meervoud?
- Een van onze medeleden vraagt naar aanleiding van de beschouwing over ‘wordt of worden’ in onze vorige aflevering ‘Zegt men: een aantal menschen ging of gingen?’
| |
Wolkenkrabbers
- Een lid wijst op het woord torenhuizen, dat hij eenige keeren heeft gelezen ter aanduiding van het begrip en dat hem aannemelijk voorkomt.
| |
Giro
- Waarom mijdt men tegenwoordig het woord postrekening?
| |
Dokterstaal
- In een tijdschrift, gewijd aan de belangen van het kind, schrijft een medica: ‘Zeldener komen de klachten over andere bezwaren, die samenhangen met het schoolgaan.’ ‘Een methode, die rekening zou houden met alle individueele variaties die het menschdom opwijst.’
Ons medelid, dat ons dit toezendt en evenals de geciteerde schrijfster tot den doktersstand behoort, uit zijn gevoelens door middel van eenige uitroepteekens!
| |
Overladen zin
- ‘Naar zijne meening is daarbij al te zeer uit het oog verloren, dat de beslissing over de wijze, waarop de Overheid de door haar beoogde totstandkoming eener bepaalde voorziening in het maatschappelijk leven wil bevorderen, niet mag worden losgemaakt, zoo van het min of meer dringende karakter dier voorziening, als van de practische mogelijkheden harer doorvoering, en van een doorvoering in dier voege, dat het beoogde effect niet wordt begeleid door nevenverschijnselen, welke het middel erger zouden doen zijn dan de kwaal, die men poogt te verhelpen’.
Wat kunnen wij menschen het elkaar toch moeilijk maken!
| |
Techniek en taal
- In De Ingenieur lezen wij:
Naar aanleiding van Uw lofwaardig streven ook in de techniek zooveel mogelijk Nederlandsch te schrijven, waarbij het in dezen dan meer in het bijzonder om ‘airconditioning’ e.d. woorden gaat, sta U mij toe de volgende m.i. juiste weergevingen dezer begrippen voor te leggen:
1. | Airconditioning = luchtverzorging. |
2. | Airconditioned buildings, offices, homes = gebouwen, kantoren, woonhuizen enz. met luchtverzorging. |
3. | Evaporative condensing = dampkoeling. |
4. | (a) Self-contained apparatus = Stel (een). |
5. | (a) Portable airconditioner = Verplaatsbaar luchtstel. (een) |
Het is toch behalve natuurlijk, vooral noodzakelijk, dat wij onze reeds aanwezige taalschat met evenveel vrijheid en vlotheid gebruiken als het buitenland dat doet.
‘Efficiency’ = baat of batigheid en niets anders.
Onze lezers weten dat onze Raad de voorkeur geeft aan luchtregeling, terwijl één lid van ons deskundig college heeft voorgesteld luchttempering; en daar houden wij ons dus aan. Maar het stukje in De Ingenieur is toch voor ons van belang, omdat daaruit weder eens blijkt, dat ook in de kringen der technici de behoefte leeft aan zuivering hunner termen.
Dat dit streven de instemming heeft van het Kon. Instituut van Ingenieurs is ons bekend en voor ons een reden tot groote verheugenis.
|
|