Mijnbouwtermen.
Het lid van ons genootschap, wiens bijdrage wij in ons nummer van December opnamen (het was de heer Ir. H.Th. Bakker te Batavia, die op deze wijze een beroep deed op zijn vakgenooten), heeft niet vergeefs de kwestie van de mijnbouwtermen aan de orde gesteld. Zijn actie voor zuiverder Nederlandsch in de mijnbouwkundige litteratuur heeft instemming gevonden, bij collega's en ook bij de Overheid. Critiek ook, dat spreekt van zelf, en wel, naast opbouwende critiek, waarvoor de schrijver zeer erkentelijk is, eenige afwijzende opmerkingen van collega's, die in deze poging om tot zuivering van de met vele bastaardwoorden doorspekte vaktaal te komen, blijkbaar een aanslag hebben gezien op hun bezit. Een collega vond de Nederlandsche termen, die ons lid had gemeend te mogen voorstellen, ‘Zuid-Afrikaansch’ klinken!
Maar over het algemeen kan ons lid tevreden zijn. Het Mijnbouwkundig Genootschap, dat zijn aandacht wijdt aan de samenstelling van een viertalige woordenlijst van Mijnbouwkundige termen, zal stellig met het werk van ons lid, en met de opmerkingen, die belangstellenden ten aanzien daarvan gemaakt hebben, zijn voordeel kunnen doen.