Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Onze Taaltuin. Jaargang 8

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2,45 MB)

Scans (7,21 MB)

ebook (3,66 MB)






Genre
sec - taalkunde

Subgenre
tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Onze Taaltuin. Jaargang 8

(1939-1940)– [tijdschrift] Onze Taaltuin

Vorige Volgende

Spaansche mat

In ('t) Woordenboek der Nederlandsche Taal, XIV. kolom 2553 worden 2 bewijsplaatsen gegeven voor ‘Spaansche mat, als vloerbedekking’. De eerste verwijst naar v. Rees, Toontje Poland. 2. 188, waar men vindt: ‘Hij bragt proviand en spaansche matten naar de makkers te Tamean; hij had ook eenige ververschingen voor de officieren meegenomen...’.

Voor iemand, die met de Indische Legertaal uit de 19de eeuw op de hoogte is kan deze bewijsplaats niet juist zijn. Dat een militair transport in dien tijd ‘Spaansche matten, vloerbedekking’ meevoert voor een post militairen, moet als buitengesloten worden geacht, want deze matten (‘tikarmatje’ zei de soldaat, ‘ligmatje’ zeiden de voorschriften) kon en kan men op iedere (inlandsche) passar voor een paar centen bekomen.

Met ‘spaansche matten’ worden de zilveren geldstukken bedoeld, die juist beschreven zijn in Woordenboek IX, kol. 301 onder Mat III, zoodat de bewijsplaats van van Rees, T. Poland in Woordenboek IX moet worden vermeld. (Het voor mij liggende exemplaar ‘spaansche mat’ heeft de grootte van onzen Rijksdaalder en vermeldt het jaar 1804). De zin: ‘Hij bragt proviand en spaansche matten naar de makkers te Tamean’ is nu duidelijk, want de genoemde luitenant van Dresse (T. Poland. 2. 188) was commandant van een zgn. ‘dekking geldtransport’, dat geld en proviand naar Tamean bracht. De Spaansche matten had de postcommandant noodig voor uitbetalingen (hoofden, spionnen, koelies) en voor aankoopen (brandhout, vee voor de slacht). De ‘spaansche mat’ was gangbare munt. ‘Het Engelsche tusschenbestuur maakte den zilveren Spaanschen mat of piaster tot standpenning (26 Oct. 1811)’ zegt de Encyclopaedie van Nederl. Oost-Indië, II. p. 797. ‘Deli en West-Borneo waren een verzamelplaats geworden van een ongelooflijk aantal vreemde munten, o.a. de oude Spaansche Pillardollars’, vervolgt (p. 805) dezelfde Encyclo-

[p. 373]

pedie. Zonder ons in mumismatische beschouwingen te begeven, kunnen wij niet nalaten even te vermelden, dat maar ‘nog weinige jaren geleden (d.i. dus ongeveer 1860, Schr.) slechts zilveren Spaansche matten en Nederlandsche gulden de gewone handels- en de eigen tinnen munten de verkeerpenningen ..(waren)’ (Dit gold wel voor Sambas, maar toch voor een groot deel van Indië). De Munten van Nederlandsch Indië, beschreven en afgebeeld door E. Netscher en Mr. J.A. van der Chijs. Verhandelingen van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen. Deel XXXI. Batavia. 1864; p. 180.

Ten slotte geloof ik, dat de meening van ‘vloerbedekking’ wel geheel onhoudbaar zal blijken, indien men dezelfde bron (v. Rees, Toontje Poland) eens opslaat bij deel I. p. 263. Poland is te Malakka. De soldaten verbinden zich weer voor 6 jaar en krijgen van hun commandant handgeld en geld voor voorzieningen. ‘Vrij van dienst, volop geld - welk een leven in 't verschiet! Juist werd van het fransche koopvaardijschip l'Espérance, dat sedert eenige weken op de reede lag, en waarvan kapitein, stuurman en halve equipage aan de cholera waren bezweken, de lading door de weeskamer voor spotprijzen verkocht. Voor achttien spaansche matten kocht Poland een pijp onversneden wijn van drie honderd flesschen en liet die bij een portugeesche familie brengen waar hij zijn bivak opsloeg.’ De beteekenis ‘een bepaald geldstuk’ is hier dus wel zeer duidelijk.

Conclusie: Met ‘Spaansche matten’ worden bij v. Rees, Toontje Poland. 2. 188 bedoeld de bekende zilveren geldstukken.

 

Bandoeng (Java).

J.J.M. VAN DAM.