Allez donc! Volgens Grimm regelmatig in 18e eeuwsche duitsche schooltaal, juist tegenover leerlingen van wie men niet wist of ze met du of met Sie aangesproken moesten worden. Tegen een jongen graaf von B. Sind wir nicht Esel! Waarop de leerling zich verdedigt Ich meinerseits protestiere! of elders al even vriendelijk Sie auch mit, herr cantor? And ho ware we to-day? (Shaw).
Eerste persoon. Een rustig uitstel van een beslissing door een hooger geplaatste We zullen nog wel eens zien! Vader afwerend op een verzoek van één der kinderen We zullen je aan zien komen! Jij, een fiets! Een leerling na een standje van den rector terugkomend in de klas Dat hebben we alweer gehad! (onbeleefd, tot de andere jongens). Twee studenten, die elkaar in het geheel niet kennen, zitten samen op het Instituut te studeeren. De een met het touw al in de hand. Vindt U het goed, juffrouw, als we een raam opendoen? O! gaat Uw gang, meneer! Soyons sage, se dit-il. Let's have a look! Let's try! Warte! dich kriegen wir! (reiziger in een spoorwegcoupé tegen een lastige vlieg).
Zelfs enkele gevallen voor den derden persoon, wanneer de spreker met goede of kwade bedoelingen diens rol gaat spelen. Zoo helpt een moeder haar zoontje, dat excuus moet komen vragen, over de moeilijkheden heen We zullen het nooit meer doen, Vader! is 't wel, Jantje? Een staker schamper over zijn patroon tegen een derde We zijn fabrikant, zie je, en dan mag je zoo ongeveer doen wat je wilt! Twee reizigers spottend over een collega, die met een spiksplinternieuwe jas voorbij paradeert We hebben van de maand zeker een bofferdje gehad, hè? Uit een fransch tooneelspel. Mad. de C. C'est votre premier ouvrage, monsieur? - D.M. O, j'ai fait des poèmes! - G. Et couronnés par l'Académie, madame la comtesse... Nous-sommes lauréat.
Zeer algemeen is tenslotte de beteekenis er is, daar is voor ‘we hebben’ in de vlotte ietwat subjectief georiënteerde spreektaal. Nou zullen we het hebben (rapporten uitdeelen, de rector komt binnen). Wat zullen we nou hebben? (lawaai in huis). Daar hebben we hem eindelijk (een langverwachte). Wat zullen we nou aan de fiets hebben hangen! (jongenstaal).
Men doet dergelijke gevallen wel eens af met de karakteristiek ‘verzwakte’ of ‘verbleekte’ beteekenis. De kwestie is juist andersom, naar men ziet, de oorspronkelijke beteekenisstructuur wordt juist extra-diep doorleefd en doordacht.
J. WILS.