ook het stelsel der omgangsvormen zijn en de Christelijke naastenliefde, die er op uit is den evenmensch niet te stooten, zal van de onderhouding dier conventie zelfs een deugd maken.
Maakt dus de spelling een deel uit van den beschaafden omgangsvorm, dan spreekt het van zelf, dat men in het onderling verkeer dezen omgangsvorm, ook uit naastenliefde, dient te onderhouden, ook al moet men zich hiervoor een zekere moeite getroosten bij het aanleeren en opvolgen der spelregels en dat deze plicht, die het verkeer met beschaafde menschen ons oplegt, ook aan de kinderen bij de opvoeding moet worden voorgehouden. Het onderwijs in de spelling is derhalve geen nutteloos tijdverlies, maar een noodzakelijke kultuurfactor.
Allen nu, die zich willen rekenen tot de dragers van onze Nederlandsche kultuur, moeten het zich tot een eer rekenen: die kultuur ook in de taal hoog te houden en derhalve in hun omgang met den evenmensch, door het geschreven niet minder dan door het gesproken woord, een ondubbelzinnig blijk van het hooge kultuurpeil, waarop zij staan, te geven - nog meer: dit ook van allen, die op zulk een kultuur prijs stellen, te verlangen. De aristocratie van den geest late zich niet ringelooren door het rauwe opdringen van Jan-boezeroen, waar hij zich vergrijpt aan het preciesie-instrument der taal, om het te hanteeren als den moker, waarmede hij zijn slooperswerk verricht. Wil de man-zonder-opvoeding zich richten tot den beschaafde, dan zorge hij op de hoogte te zijn van de beschaafde omgangsvormen en wanneer hij dat niet doet, dan stalt hij zijn onbeschaafdheid in 't openbaar uit voor een ieder, die oogen heeft om te zien.
In heel den spellingsstrijd schijnt men dit kultuurmoment volkomen over 't hoofd gezien te hebben. In de daarover loopende geschriften hebben wij het ten minste nergens vermeld gezien.
Het zou wel de moeite waard zijn eens na te gaan, welk soort van menschen het eerst geijverd hebben voor de invoering van vereenvoudigde spellingswijzen en wie ze het eerst in praktijk hebben gebracht. Waren het, bij 't onderwijscorps, diegenen, die uit de meer beschaafde kringen stamden of zij, die uit de lagere volksmassa waren voortgekomen? Was het de proletariërspers of was het de journalistiek, die geacht werd ook in patriciërskringen gewaardeerd te worden? Het valt niet te betwijfelen of de uitslag van dit onderzoek zou bij het vaststellen van een eventueel nieuwe spelling mede in rekening gebracht moeten worden.
Het gaat er nl. niet alléén om: een bepaalde conventie omtrent de beschaafde omgangsvormen tot stand te brengen, die totnogtoe niet bestond, maar het gaat er tevens om, en wel onafscheidelijk daarmee