Onze Taaltuin. Jaargang 2
(1933-1934)– [tijdschrift] Onze Taaltuin– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdEen bijzondere beteekenis van hellewagen of luiwagen uit het jaar 1604In het ‘Woordenboek der Nederlandsche Taal (dl. VI, afl. 3, bewerkt door Dr. A. Beets) kan men in kolom 500 voor hellewagen de volgende beteekenissen vinden: 1o. zeker luchtspook; 2o. de Groote Beer; 3o. ‘lijkwagen der goddelooze solidairen’; 4o. lastsleeper, mallejan (De Bo2; Corn.-Vervl.). Met de laatste beteekenis komt wel eenigermate overeen die van hellewagen, luiwagen of stormbrug als belegeringswerktuig, dat uitgevonden en voor het eerst gebruikt werd bij de belegering van Oostende door Ambrogio Spinola (1601/4); doch onder het hoofd luiwagen (Wdb. N.T. dl. 8, afl. 23, bewerkt door Dr. J. Heinsius), vindt | |
[pagina 383]
| |
men een dergelijk aequivalent niet. Daarom laten we hier de beschrijving van dat aanvalsmiddel volgen, gelijk dat aangetroffen werd in pamflet No. 1253 van de Bibliotheca Thysiana (Un. Bibl. Leiden), getiteld ‘Corte ende sekere Beschrijvinghe vant veroveren der rijcke ende gheweldighe Krake, comende uytet Gheweste van China door den Admirael Jacobus Hems-kerck, enz., ‘ghedruckt na de Copy van Middelborch by Richard Schilders Anno 1604’. In dit tweebladige nieuwsbericht is namelijk ook nog opgenomen een overzicht van het voorgevallene bij de belegering van Oostende gedurende de maanden Februari en Maart van genoemd jaar en de daartoe gebruikte stormbrug. Bedoelde tekst nu luidt aldus: ‘Vreemde ende nieu ghevondene practijck eener wonderbaerlijcken Storm-bruggen, den Hel-wagen oft den Luy-wagen genoemt, om daer mede de stadt door nieuwe quincslaghen te overrompelen, alsmen inde KarteGa naar voetnoot1) breeder sien mach. ‘Nademael dat de Eertz-hertoge gesien heeft dat hy met alle syne aenslagen, listen ende practijcken niet en heeft connen uytrichten, isser nu ten lesten noch een Italianer voortgecomen, die dit nieuwe konstrijck werc bedacht heeft van dese voorgebeelde Storm-brugge, den Hellewaghen oft Luy-wagen ghenoemt, om de selvighe te brenghen op de Spaensche halve Mane, over de Geule. De voorsz. Helle-wagen is lanck 60. treden en 16. breet. Heeft vier raderen, elck ses voeten breet, ende vijfthien voeten hooch. Aen het eynde vanden Wagen is eenen Balck van 150. voeten lanck, so gemaeckt, dat hy int nedervallen de selve Brugge op hem steunende, ontfangen sal. Elck Rat met Letter a aengeteekent heeft 300. Ducaten ghecost. Is gemaect van Cabels en touwen seer dicht inden anderen geslagen ende gevlochten, als de Letter c aenwijst. Aen welcke Brugge voor aen eenige touwen comen tot boven aenden voorsz. mast-boom over de rollen om de selve Brugge daer mede om hooch te trecken, als de Letter b aenwijst, ende boven op de borstweeringe der stadts halve Maen te laten vallen, om alsoo met gewelt in te nemen. Die van binnen de halve Mane hebben hier tegen Masten opgericht galchsche wijse, daer sy de Brugghe meenen op te verwachten als breeder inde Caerte te sien is’.Ga naar voetnoot2) A. HALLEMA |
|