De Nieuwe Taalgids. Jaargang 71
(1978)– [tijdschrift] Nieuwe Taalgids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 318]
| |||
De 1e editie van ‘Zabynaja of vermomde loosheid, pots-spel’ van Jan Zoet ontdektDe eerst bekende editie tot nu toe van het pots-spel Zabynaja of vermomde loosheid van Jan Zoet is die van 1648.Ga naar voetnoot1 De titelpagina luidt: zabynaja | of || Vermomde Loosheid. | pots-spel. | Uit het Spaens door d'E. Heer | gerard schaep pietersz. Vertaelt, | En, in Neder-duitze vairzen, door | jan zoet, Gerymd. | met een uit-komst vermeerderd, en op veel | plaetzen verbeterd. | [fleuron] | t'Amsteldam, Gedruckt by Tymen Houthaeck. | [lijn] | Voor Dirck Cornelisz. Hout-haeck, Boeck-verkoper || op de Nieuwe-zijds-Kolck. Anno 1648. Blijkens deze titelpagina moet aan deze editie een andere zijn voorafgegaan. Mij is gebleken dat dit de nu gevonden editie van 1647 kan zijn, waarschijnlijk de eerste. Bij het zoeken nl. naar de verschillende edities van de werken van Jan Hermans Krul i.v.m een te publiceren bibliografie van diens werken, kreeg ik een bundel van deze auteur in handen waarin een eerdere editie van dit pots-spel ‘verborgen’ was. De titelpagina van deze bundel luidt: J.H. Kruis, | Vrolikke en Leersame Oeffeningen, | bestaende in de | italiaensche schoorsteen- | veger. | rampsaligen minnaer. | beminden dief. | en de | Tirannische Liefde. | Beneven eenige Zang-Rijmen en | Minne-Dichten. | Verrijkt met een Nieu Pots-Spel, be- | werckt, door een Moris, genaemt: | zabynaia. | [fleuron] | t'amsterdam | [lijn] | By Cornelisz Iansz, Boek-verkooper aen de | Nieuwe Kerk, by 't Groot-School in 't | Nieuwe Testament, 1647.Ga naar voetnoot2 Afgezien van de hier genoemde onderdelen de Italiaensche Schoorsteenveger, de Rampsaligen Minnaer en de Tirannische Liefde, die binnen het convoluut elk een afzonderlijke bibliografische eenheid vormen en waarvan het jaar van uitgave 1646 is, moeten de overige onderdelen, die tezamen een bibliografische eenheid vormen, blijkens de titelpagina van het convoluut in 1647 gedateerd worden. Wat nu zijn de verschillen tussen de twee edities? Zoals uit de titelpagina van de editie van 1648 is op te maken, is een ‘uit-komst’ toegevoegd en is deze druk ‘op veel plaetzen verbeterd’. Bij vergelijking van de twee edities bleken de volgende verschillen:
| |||
[pagina 319]
| |||
Verder komt de inhoud van de teksten van de beide edities vrijwel met elkaar overeen, De verschillen zijn accidenteel. Ook de in de editie van 1647 aan het spel voorafgaande Opdracht aen de E. Heer Gerard Schaep Pietersz..., degene die de tekst uit het Spaans vertaalde, komt, op spellingsvarianten na, woordelijk overeen met de opdracht van de editie van 1648. De enige afwijking is te vinden in de ondertekening. Luidt die in de editie van 1647 Uw E. Mede Burger I.Z., in de editie van 1648 staat voluit Uw E. Mede-Burger J. Zoet. Wat heeft Jan Zoet bewogen, dit werk in een bundel van Jan Hermans Krul, een jaar na diens dood - Krul overleed op 11 april 1646Ga naar voetnoot3 - te laten verschijnen en zijn auteurschap te verbergen door de opdracht aan Gerard Schaep Pietersz. slechts met zijn initialen te ondertekenen? Heeft hij, alvorens het spel onder eigen naam te laten verschijnen, geprobeerd het onder de aandacht van een groter publiek te brengen, door gebruik te maken van de zekere mate van populariteit die Krul genoot? Of heeft hij onder de dekmantel van een zekere anonimiteit de eerste reakties van het lezerspubliek op deze Spaanse ‘burlesca’ willen peilen? We kunnen er slechts naar gissen. Blijft nog de vraag of het deze editie of die van 1648 is geweest die gediend heeft voor de le opvoering in de Schouwburg op 2 maart 1648.Ga naar voetnoot4 Uit de genoemde opdracht aan Gerard Schaep Pietersz. blijkt dat deze aan Zoet gevraagd heeft ‘om de selve den Schouburg bequaem te maken’, een verzoek waaraan Jan Zoet onmiddellijk gehoor gaf: ‘daar in ik terstont bewilligde’. Hoewel het niet is uitgesloten dat hij met deze toezegging doelde op een nog te verschijnen gewijzigde editie, mogen we veronderstellen dat hij sprak over de in de editie van 1647 gepresenteerde versie. Waarom dan nog een 2e editie? De tekst was immers geschikt voor de opvoering. De volgende reden ligt voor de hand: Er moest een tekst komen die kon dienen voor de verkoop bij gelegenheid van de opvoering. De tekst, opgenomen in een bundel waarin ook ander werk voorkomt, was hiervoor ongeschikt. Daarom verscheen in 1648, waarschijnlijk vlak vóór 2 maart, een afzonderlijke editie, waarbij meteen de gelegenheid werd aangegrepen nog enkele wijzigingen aan te brengen, die het stuk geschikter moesten maken voor de opvoering.
Nijmegen, Hatertseweg 300 H. CHR. VAN BEMMEL |
|