Voorwaarts
Bij een lezing van een voorlichtingsambtenaar van de PTT vernam ik tot mijn verbazing dat in de begintijd van de telefonie de aansporing van de telefoniste voorwaarts geweest zou zijn, in plaats van het nu gebruikelijke spreekt U maar, voor zover dit laatste nog noodzakelijk is.
Bij nader onderzoek zijn tot nu toe een tweetal plaatsen te voorschijn gekomen:
In het artikel van Dr. A. van Oven, De Telephonie in Nederland, gepubliceerd in Eigen Haard [1886], blz. 415, leest men:
‘Wanneer men het centraalbureau te Amsterdam binnenkomt hoort men in het eerste oogenblik niets anders dan een verward door elkander klinken van dames-stemmen, dat een leek zeker onmiddellijk in de war zou brengen, maar dat geen dier dames in het minst schijnt te verstoren. “Helloh!” - “Wat blieft, mijnheer?” - “Voorwaarts” of “377V” - “70F”.’
P.H. van der Elst somt op blz. 24 van zijn De Haagse Telefoon 1 juli 1883-1903-1905 [1953] de handleiding op, die in het eerste telefoongidsje van 1883 - er waren toen 116 aangeslotenen! - was opgenomen. Onder een der punten stond vermeld:
‘wacht, totdat de beambte door het woord “voorwaarts” het teeken heeft gegeven, dat de verbinding met den geabonneerde, met wien men spreken wil, tot stand is gekomen.’
Dat dit voorwaarts zich niet heeft kunnen handhaven - in tegenstelling met het Engels, waar go ahead gebruikelijk was en is - is misschien hierdoor te verklaren dat het voor een telefoniste toch wat te lomp, wat te militair geklonken heeft. Misschien is ook bij het internationaal worden van de telefoonverbindingen de Duitse aansporing sprechen Sie, bitte van invloed geweest op ons spreekt U maar.
Wanneer dit voorwaarts voor het eerst door spreekt U maar is vervangen, is mij niet bekend. In het W.N.T. staat deze telefonische aansporing bij het werkwoord spreken niet geregistreerd.
c. kostelijk