Ten geleide
In 1947 is Van Haeringen, met zijn collega proximus W.A.P. Smit, toegetreden tot de redactie van De Nieuwe Taalgids, die tot en met 1946 door C.G.N. de Vooys, eerst met J.H. van den Bosch samen en later alleen, gevoerd is. De laatste zin van een simpele mededeling ‘Aan de abonné's’ op de binnenzijde van de omslag van de eerste aflevering van jaargang XL (1947), waarin eerst sprake is van het verheugende feit dat de tweemaandelijkse afleveringen weer drie vel zullen beslaan, luidt: ‘In de eerste aflevering zal men reeds bijdragen aantreffen van de beide nieuwe redakteurs, Prof. Dr. C.B. van Haeringen en Prof. Dr. W.A.P. Smit’. Na het overlijden van De Vooys op 6 november 1955 is Van Haeringen als secretaris van de redactie opgetreden, en dat is hij blijven doen tot en met de jaargang 1969. In die 23 jaar heeft hij op de hem eigen nauwgezette en vriendelijke wijze een uitvoerige correspondentie met inzenders van bijdragen, recensenten, uitgevers en de firma Wolters gevoerd. Daarnaast heeft hij de tijd gevonden tot het schrijven van een groot aantal artikelen, recensies, bladvullingen en bijdragen in de vaste rubrieken. Nu hij zich met ingang van 1 januari 1970 uit de redactie terugtrekt, menen zijn tegenwoordige mederedacteuren, dat de gevoelens van dankbaarheid voor zijn voorbeeldige toewijding aan De Nieuwe Taalgids niet met een eenvoudige handdruk kunnen worden geuit. Het verheugt hun daarom bijzonder, dat zowel zijn Belgische als zijn Nederlandse collega's in de Nederlandse taalkunde bereid gebleken zijn, een bijdrage te leveren tot dit speciale nummer, als een zichtbaar getuigenis van de waardering die zij voor het werk van de scheidende redacteur hebben en van de vriendschap die zij hem toedragen.
b. van den berg
a.l. sötemann