Van Deyssels ‘Een liefde’ in 1888 verschenen
Mijn mededeling in de biografische aantekening op blz. 343 van De briefwisseling tussen Lodewijk van Deyssel en Arnold Ising Jr. (Den Haag, 1968), dat Van Deyssels Een liefde in 1888 zou zijn verschenen, wordt op blz. 72 van de lopende jaargang van De Nieuwe Taalgids onjuist genoemd. ‘In werkelijkheid is de roman’, aldus Prof. Dr. A.L. Sötemann, ‘blijkens een advertentie van de uitgever in het Nieuwsblad voor den boekhandel, uitgekomen op 16 december 1887’.
Van Deyssels dagboek lijkt de juistheid van Prof. Sötemanns kanttekening alleen maar te bevestigen. Het dagboek immers vermeldt onder 16 december 1887 o.m. ‘Dikke vreugde (“grosse joie”) dadelijk na opstaan, bij ontvangst van roman Een Liefde, en van brief van Erens en van Nieuwsbl. v.d. Boekh. waarin de roman onder “Aangeb. Boeken”.’ Niettemin heb ik, spijts mijn bekendheid met dit gegeven, sedert 1952 op minstens vijf verschillende plaatsen 1888 genoemd als het jaar van verschijning van Een liefde. Ik deed dit o.m. in het, een uiterste aan nauwkeurigheid vergende, ‘Overzicht der afzonderlijk verschenen werken’ van Lodewijk van Deyssel, verschenen in de Mededelingen van de documentatiedienst, het kaartsysteem, dat wordt uitgegeven door het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum. In mei 1956 is toen, na overleg met Drs. G. Borgers, de conservator van genoemd museum, de verschijning van Een liefde in 1888 gesteld omdat onder ‘verschijning’ o.m. de verzending naar de boekhandel wordt verstaan. Welnu, met de bevoorrading van de boekhandel heeft de uitgever van Een liefde, C.L. Brinkman, Singel 260 te Amsterdam - zich noemende ‘Uitgever van werken voor Kunsten en Wetenschappen’ - opzettelijk gedraald tot na 1 januari 1888.
Reeds op 26 juli 1886, datum waarop aan Van Deyssel f. 350,- in het vooruitzicht werd gesteld, zijnde het honorarium met inbegrip van het kopijrecht, bedong Brinkman nadrukkelijk dat hij vrij moest blijven in de wijze van uitgave alsook in het tijdstip van verschijning. Na accoordverklaring werd alvast op 28 juli 1886 f. 175,- aan Van Deyssel uitbetaald. De uitgever zou zijn voortvarendheid spoedig betreuren nu het drukken zelf hem, omdat er enorme correctiekosten waren, op circa f. 700,- kwam te staan. Wilde Brinkman uit de kosten komen, dan zat er weinig anders op dan de winkelprijs van de, toch al in een kleine oplage van 550 exemplaren te verschijnen, roman op f. 6,75 te stellen, een in de tachtiger jaren buitensporig bedrag! Toen de roman op 10 november 1887 geheel was afgedrukt, ontving Van Deyssel andermaal f. 175,-. De uitgever, die nu reeds circa f. 1150,- in deze onderneming had geïnvesteerd, legde Van Deyssels verzoek om Een liefde in de Sinterklaasaanbieding onder te brengen, geprikkeld naast zich neer. Wel verzond hij op 12 december 1887 vijf presentexemplaren, t.w. aan Frederik van Eeden, Arnold Ising Jr., Frans Erens, Albert Verwey en Willem Kloos. Ook moeten op deze of op iets latere datum de recensie-exemplaren de deur zijn uitgegaan.
Wat aangaat de eerst in januari 1888 plaatsvindende verzending aan de boekhandel volgde Brinkman een taktiek die nog eens ontvouwd werd in een uiteindelijk niet door Van Deyssel aan Frank van der Goes verzonden brief, d.d. 4 mei 1888. In deze brief deelde Van Deyssel als een ‘intieme bizonderheid’ mee, dat