Ontwapeningsvoorstel-Hoover. Hij leest: “De heden gehouden bespreking van Von Papen met Mac Donald . . .” en hij verkort: Onderhandelingen Von Papen-Macdonald. “Het dreigend conflict in den aardappelhandel” wordt bij bemiddeling: Bemiddeling Aardappelconflict. Wij lezen van: Opheffing Septemberscholen, Bevordering Werkverruiming, Bouw Montessorischool. Meestal is het eerste lid, zooals in deze voorbeelden, een afleiding van een werkwoord, waarbij het tweede lid als object (subject) fungeert: Opening Stadszaal, Korting Presentiegeld, Instelling Deskundigencommissie, Bezuiniging Nijverheidsonderwijs, Botsing Motorfiets en Auto, Ontslag Stationschef, Wedstrijd “Kinderen en Dieren”, Conferentie Geschiedenisonderwijs . . . Wanneer we een geval als “Botsing/Motorfiets en Auto” vergelijken met de gewone samenstelling “Treinbotsing”, dan mogen we het eerste, het omgekeerde, type dankbaar begroeten als een bruikbaar middel tot vermijding van “monsterachtige samenstellingen.” Want dat zou “Een Motorfiets-en-Auto-Botsing” zijn; een vorm die, ten deele op het voorbeeld van Engelsche formaties als “a matterof fact resolution” in Nederlandschen krantenstijl nu en dan opduikt.’
Over het ontstaan van de woordkoppelingen van deze aard zal er wel een communis opinio bestaan: ambtenaren, politici en journalisten krijgen ze als geesteskind toegewezen. WNT III, 2102, noemt - uit 1708 - uit het Geld. Placaatb.: concept-reglement. Het zal stammen uit de kringen der juristen, evenals: de concept-wet op de inkomstenbelasting (N. Gids 1889), te vinden in Van Dale8, 384, dat verder noemt: Concept-reglement, - -verordening, - -wet, en er, wat hun genus betreft, dezelfde opmerking maakt als onder ontwerp. Concept-reglement geeft het dus een o., de andere woorden een v., respect v. (m).
De Woordenlijst 1954 vermeldt slechts concept-reglement, o., wat ons niet baat, aangezien beide leden neutra zijn. De N. Rott. Crt. - zo meldt mij een der medewerkers - volgt consequent de regel dat bij alle samenstellingen met ontwerp- het geslacht zich richt naar het eerste deel. Van Dale schrijft voor: deze samenstellingen hebben het genus van het tweede lid. Het is een merkwaardige situatie in de Nederlandse wereld, waar bindende voorschriften inzake het taalgebruik zo zeldzaam plegen te zijn, althans zelden zo radicaal op elkaar botsen. Hoe wij moeten staan is deze taalstrijd? De Vooys noch Overdiep heeft zich ooit uitgesproken in dezen, naar wij menen. Was in hun dagen nog geen spanning opgetreden? Wij moeten het wel aannemen. Zij zullen, als nu nog de N.R.C., in de woordgroep ontwerp-wet het tweede lid hebben beschouwd als bepalend: het blijkt overduidelijk uit wat wij uit de Stil. Gramm. van de tweede hebben geciteerd. Voor hen is het geslacht van ontwerp-wet, concept-reglement, enz. dat van het eerste lid geweest. Volgens de laatste druk van Van Dale is dat onjuist en decreteert het tweede lid het genus van de groep. Er moet dus, met het toenemen van het aantal voorbeelden, d.i. door het geregelde gebruik van het type, een innerlijke verschuiving hebben plaatsgevonden, als Van Dale het goed ziet, waardoor bepaalde en bepalende van positie hebben gewisseld.
Als dat zo is moet het woordaccent dat tot uiting brengen. Aanvankelijk moeten beide leden accentdrager zijn geweest; men sprak van ontwerp'-wet' (= ontwerp' [van de] wet') en concept'-reglement' (= concept' [van een] reglement'). Thans zien wij in Van Dale: concept'-reglement, v.; - '-verordening, v.; - '-wet, v. (m.); ontwerp'contract, o.; - '-overeenkomst, v.; - -reglement, o.; -'tekening, v.; - '-traktaat, o.; - '-wet, v. (m.). Overal hebben wij, overeenkomstig de bedoeling, het eerste lid aangegeven als accentdrager. Daardoor heeft dit type van koppeling qua intonatie de vorm gekregen van com-