De Nieuwe Taalgids. Jaargang 54
(1961)– [tijdschrift] Nieuwe Taalgids, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 42]
| |
ChambretteIn het artikel ‘Modinette’ (N. Tg. 53, blz. 163) noemt Th. Oudkerk Pool als recente vorming op -ette het woord chambrette, dat speciaal in de open gevangenis te Eygelshoven zou dienen om een slaaphokje aan te duiden. Met alle waardering voor de wijze waarop de auteur uit het efemere taalmateriaal van kranten en advertenties een opmerkelijk verschijnsel onder onze aandacht heeft gebracht, meen ik toch dat zijn voorbeeld chambrette niet de actuele springvloed van woorden op -ette illustreert, maar een verschijnsel van geheel andere aard. Voor de auteur was chambrette blijkbaar nieuw; voor rooms-katholieken die op enigerlei wijze bekend zijn met een internaat of kostschool heeft dit woord een oude, vertrouwde klank. We mogen zelfs aannemen dat chambrette in ons land al meer dan een eeuw gangbaar is als benaming voor een slaapkamertje op een kostschool, speciaal wanneer zo'n kamertje met niet tot het plafond reikende wanden is afgeschoten op een slaapzaal. Mijn oudste informatie gaat terug tot circa 1890. Op de betrokken kostschool heette de slaapzaal bovendien dortoir; daarin was een chambrette afgeschoten voor de surveillant. Deze benamingen, vooral de laatste twee, leven nog en niet slechts als herinnering. Die Franse invloed op de kostschoolterminologie mag men toeschrijven aan de omstandigheid, dat de rooms-katholieke kostscholen in de vorige eeuw replieken waren van Franse colleges en voor een deel onder leiding stonden van personeel dat behoorde tot Franse religieuze congregaties. Uit deze omstandigheid is ook te verklaren dat het woord chambrette blijkbaar niet algemeen bekend is geworden; het staat niet in Van Dale.
Naar aanleiding van genoemd artikel nog enige opmerkingen. De auteur is van mening dat welluidendheid de voornaamste factor is die de vorming van woorden op -ette heeft bevorderd. De waarde van de door de auteur geboden rijke verzameling voorbeelden zal niet verkleind worden door enige twijfel mijnerzijds omtrent de overheersende betekenis van die factor welluidendheid. Een hachelijk punt: over welluidendheid twisten; bovendien klinken de gegeven voorbeelden goed. Maar er zijn andere factoren aan te wijzen die naar mijn mening niet onderschat mogen worden. Alle woorden die de heer Oudkerk Pool aan de orde stelt, zijn gekozen of gevormd met het oog op een zekere commerciële functie; ook kitchenette en maisonette moesten een nieuw begrip populair maken. Bij een dergelijke naamgeving geldt welluidendheid als conditio sine qua non. Maar voor klankschoonheid kan men alle richtingen uit; indertijd is louter omwille van de mooie naam zelfs een n.v. Roxane opgekocht. Waarom dan zoveel namen op -ette? De verklaring van juist dit verschijnsel ligt naar mijn mening in de omstandigheid dat -ette een voor reclame bijzonder nuttige betekeniswaarde bezit, zowel lex - caal als associatief. Hoe een suffix in het samenspel van reclame en publiek een eigen betekenis verwerft blijkt uit het volgende eenvoudiger geval. Toen in ons land de cafeteria populair werd, ontstond vrij spoedig ook een buffeteria. Het publiek schiep daarnaast nog vlot de spotnamen bezéria (van bezeren) voor kapperswinkel en toileteria voor retirade, en daarbij heeft het zich stellig meer om de betekenis van het suffix dan om de welluidendheid bekommerd. De lexicale betekenis van -ette is buiten Frankrijk veelvoudig. De Concise Oxford Dictionary (1950) noemt: -ette = sham' (imitatie) en geeft als voorbeelden, ‘leatherette, Brusselette (carpet)’. Dit -ette is dus een soort eufemisme voor imitaties; vergelijk ook sucrette, satinet en de jongere vormen hachette, | |
[pagina 43]
| |
rollette. Tevens heeft het Engels in -ette een diminutiefsuffix gevonden dat het ontbeerde. Beide betekenissen gaan samen optreden ter aanduiding van zoiets als verkleinde vormen van bekende handelsartikelen (davonette, rutonette) of van vaste begrippen (kitchenette, maisonnette). Daardoor speelt -ette mee in de algemene tendens om van goede dingen een ‘voordelige’ pocketeditie te maken. De naam gillette heeft reeds lang iets dergelijks betekend: handig, klein en zeker zo goed als een echt scheermes. Voorts vermeldt de Oxford Dictionary -ette als modern vrouwelijk suffix, o.a. in conductorette en usherette. Hierbij sluiten aan de Amerikaanse majorette en tambourette. Een geheel andere functie vervult -ette nog in het Frans: daar duidt het behalve kleine apparaten ook aan dranken en drankjes die de gezondheid heten te bevorderen (Frênette, Pamprenette, Rosée Vinette)Ga naar voetnoot1). Volgens reclamepsychologen moet Frans (buiten Frankrijk) suggereren: luxe, verfijning, raffinement, het kleine, vlugge en sierlijke, het schalkse met iets pikants, het frivole en het modieuze. Iedere dure Amerikaanse auto demonstreert de betekenis van die Franse schijn in het epitheton ‘de luxe’. En -ette is door de Amerikaanse reclame ook gretig uitgebaat. Het uitheemse accent doet de buitenlander vooral aan Parijs denken. Ons woord modinette, dat door een Amsterdams reclamebureau is gecreëerd, kon inspelen op de faam van de Parijse midinette. Daarom kreeg dit woord de voorkeur boven de ook voorgestelde vorm modette. Naast al deze factoren was in Duitsland nog van invloed het streven om Duitse produkten met het oog op de export een niet-Duitse naam te geven. Het Italiaans heeft model gestaan voor namen van motorvoertuigen (bijvoorbeeld: Goggomobil, Bambino); de fotoindustrie heeft -ette als masker gekozen. De numerieke sterkte van de formaties op -ette lijkt me daarom niet alleen herleidbaar tot de factor welluidendheid. Ik zou als voornaamste oorzaak willen zien de bewuste bedoeling van de ‘verborgen verleiders’ der reclame om voor produkten zeer bepaalde gunstige associaties te wekken. Het zal inmiddels duidelijk zijn, dat chambrette niet in die reeks charmerende woorden thuishoort. Dat het via de kostschool in de gevangenis is terecht gekomen, mag overigens nauwelijks merkwaardig heten. Leende (N. Br.). J.J.M. Bakker. |
|