Philologica Frisica Anno 1959.
Onder deze titel is verschenen het verslag van het Tweede Fries Filologencongres, waarvan de zittingen gehouden zijn onderscheidenlijk in Leeuwarden, Dokkum, Bolsward en Grouw, in augustus 1959 (Wolters; Groningen, 1960; 94 blz.; prijs f 5,90). Het centrale onderwerp van het congres was ‘Het woongebied van de Friezen in het verleden’, en op de drie congresdagen is over dat onderwerp gehandeld achtereenvolgens uit het gezichtspunt van de archeologie, de toponymie en de dialectologie. Er is gesproken in het Fries, het Duits en het Nederlands. Alle voordrachten zijn woordelijk opgenomen, behalve een paar die achteraf enigszins omgewerkt zijn, en de aantrekkelijkheid van het geheel wordt verhoogd doordat ook de levendige discussies die op de lezingen zijn gevolgd, uitvoerig en vakkundig zijn weergegeven (in het Fries, dat de ‘voertaal’ is van het verslag).
Een enigszins adequate bespreking van de inhoud zou het bestek van de NTg. te buiten gaan, zelfs al kon de bespreker zich de zelftucht opleggen die nodig zou zijn om van de behandeling van zoveel en zozeer intrigerende kwesties als hier ter sprake komen, een zakelijk en onpersoonlijk referaat te geven. We moeten daarom volstaan met belangstellenden te verwijzen naar het verslag, dat de indruk geeft van een alleszins geslaagd congres.
C.B.v.H.