‘Je kunt op dat stuk land het beste aardappels groeien’ (To grow potatoes)
‘De nieuwe man op ons kantoor, die ik inbreek’ (to break in - inwerken)
‘Toen ik uit Manitoba kwam, moest ik hier een test maken voor mijn (rijbewijs =) license terwijl ik al 25 jaar rond Winnepeg heb gedreven’ (to drive around)
‘Zouden deze lakens wijd genoeg zijn voor een tweepersoonsbed?’ (wide - breed)
‘Als je hier teacher wordt, kun je dan alle graden doen?’ (grade - klas)
‘Direct achter zes uur’ (after six)
‘Die bloemen komen vaster uit wanneer je...’ (faster)
‘Is me dat hier een gesuffer voor je iets geschikts vindt’ (to suffer - lijden)
Groep 2. Engelse werkwoorden krijgen een Nederlandse uitgang.
Deze groep is zeer uitgebreid, aangezien gemakzucht een zeer bekende menselijke eigenschap is. Neem een Engels werkwoord, plak er de Hollandse uitgang, die de spreker nodig heeft, aan vast en de moeilijkheid van het vertalen is vervallen. Ik kan volstaan met de volgende voorbeelden:
‘Die lui moesten de kraan even fixen’ (to fix)
‘Dicky wil het paardje pullen’ (to pull)
‘Wie heeft jou gesponsord?’ (to sponsor - als borg optreden voor een nieuwe immigrant)
‘Ik zal vanmiddag die cheque cashen’ (to cash)
‘Ga jij het deeg voor de cake mixen?’ (to mix)
‘Die man is daarvoor niet te blamen’ (to blame)
‘Ik ben pas downgemoved uit Winnipeg’ (to move down - verhuizen)
‘Ik raad je aan, hier een poosje te sticken’ (to stick-blijven)
‘Dat moet nog ge-okayd worden’
‘Men adresse zijn brief aan...’
‘Maak sure, dat je die bij je hebt’ (to make sure)
Een brood opslicen (a slice - een sneetje)
Iets protecten
Groep 3. Nederlands in tijdschriften, geredigeerd door personen van Hollandse afkomst, draagt meestal het kenmerk van vele jaren in onbruik te zijn geweest. Er zijn een aantal predikanten, die als kind onze taal hebben gesproken en nu in de nieuwe immigranten-gemeenten voor de noodzaak staan, in het Nederlands te preken. Wat er dan voor de dag komt, kan niet altijd de critiek doorstaan, hoewel de prestatie op zichzelf natuurlijk gewaardeerd wordt. De volgende zinnen vond ik in een orgaan van de Christian Reformed Church:
‘De vergadering was slecht bezocht. We willen niet veronderstellen, dat hier belangeloosheid in het spel is’ (i.p.v. gebrek aan belangstelling)
‘Ons hart gaat uit naar die noodlottige mensen’ (naar aanleiding van de overstromingen in Februari)
‘Laten wij zoveel doen mogelijk’ (id.)
‘De jongelui hebben prima gedaan’
‘Er is hier een nood van 25 kerken’ (behoefte aan)
‘Nu, een jaar en een half later...’
Groep 4. Fouten in het gebruik van de hulpwerkwoorden. Deze groep is weinig talrijk. De meeste verwarring ontstaat tussen willen en zullen, wanneer men in het Engels will gebruikt en dit stilzwijgend als een Nederlands werkwoord inlast.
‘het volgend jaar willen hier allemaal tulpen staan’
‘Deloodgieter wou een knechtsturen, om morgenochtend te komen’ (afspraak)
‘Dat wil wel het beste zijn ...’
M.J. van Westenbrugge.