‘Pape’.
(Aanvulling bij Jg. 43 (1950) 180).
De middeleeuws-Latijnse uitroep ‘pape’ heb ik in de vorige jaargang van dit tijdschrift voorgesteld als de mogelijke oorsprong van de bezweringsformule in de Clute van Nu noch: ‘bij alle doode papen’. Van dat zeldzame woord was mij toen slechts één ‘gewag’ (om met wijlen J.W. Muller te spreken) bekend, in de twaalfde-eeuwse kroniek der abten van St. Truyen. Mijn vriend en collega Geyl wees mij op het befaamde beginvers van de zevende zang van Dante's Inferno:
Pape Satan, pape Satan aleppe.
Hoe duister die regel ook moge zijn, het eerste woord ervan is toch wel dezelfde uitroep. Zelf trof ik het woord nog aan in een hymne op Maria's Hemelvaart, die in de veertiende en de vijftiende eeuw opgetekend is:
(G.M. Dreves und C. Blume S.J., Ein Jahrtausend Lateinischer Hymnendichtung II (1909) 256).
D. Th. Enklaar.