De Vlaamse Gids. Nov. H. Liebaers bestudeerde de briefwisseling tussen Hélène Swarth en Pol de Mont en tekende op grond daarvan hun verhouding. - Jan Schepens geeft een aansporing Laten we Gezelle herdenken en niet verzuimen het Gezelle-museum te bezoeken. - René Heytens vervolgt zijn artikel over het Symbool in de Dichtkunst.
Dec. M. Rutten (In Memoriam Prof. Dr. René Verdeyen) herdenkt met grote waardering zijn oud-leermeester, redakteur van dit tijdschrift. Hij geeft een overzicht van de velerlei werkzaamheid en prijst hem als ‘een Belgisch cultuurdrager, die, naar zijn beste kunnen, Vlaanderen en Wallonië heeft gediend’. - Leo Simoens onderzocht een briefwisseling tussen R.M. Rilke en Pol de Mont in de jaren 1902 en 1903. - In de rubriek Vlaamse Letteren bespreekt Jan Walravens uitvoerig de roman De Zaak Dr. Jaminez van Pliet Van Lishout (Moordenaars en Liefde), waarin hij ernstige tekortkomingen aanwijst.
Nieuw Vlaams Tijdschrift. Sept. Mea Verwey beschrijft uitvoerig de vriendschappelijke omgang van haar vader met Aug. Vermeylen, met behulp van de gedeeltelijk bewaarde briefwisseling.
Dietsche Warande en Belfort. Okt. Maurice Roelants publiceert, na twintig jaren, zijn herinneringen aan De dood van Karel van de Woestijne, zijn bewonderde zwager. - De uitvoerige Kroniek der Poëzie van Albert Westerlinck is gewijd aan Hubert van Herreweghen als dichter, naar aanleiding van zijn Liedjes van de Liefde en van de Dood. Hij karakteriseert hem als ‘een beloftenrijke figuur, in wie een veelvoudige weelde van leven roert en bruist’. Robert Guiette levert een artikel over de in Vlaanderen geboren Frans-Belgische dichter Franz Hellens.
Nov. Deze aflevering is geheel gewijd aan de nagedachtenis van Guido Gezelle. - Frank Baur's Hulde aan Guido Gezelle is een te Brugge uitgesproken rede. Daarop volgt een Gesprek met Stijn Streuvels over Heeroom door André Demedts. - Bernard Verhoeven schrijft over Het waagstuk der waarachtigheid. - De Brugse rede van Gerard Brom had als onderwerp De roem van Gezelle, ook in de Noordelijke gewesten. - Ten slotte geeft Kristien D'Haen Two Poems by Guido Gezelle, translated into English.
Standpunte Jaarg. IV No. 3. De redaksie herdenkt de gestorven mederedakteur Henk Mulder, in Nederland meer bekend onder zijn pseudoniem W. Hessels. De verdiensten van Die Digter W. Hessels worden gewaardeerd in een uitvoerig en diepgaand artikel van D.J. Opperman, die daarbij uitgaat van een keuze, door de dichter zelf gedaan in de postuum verschenen bundel Con Sordino. - F.C. Terborgh publiceert zijn Herinneringen aan Slauerhoff, gebruik makende van een veeljarige intieme omgang en briefwisseling. - Ernst van Heerden (Liriese inventaris) geeft 'n beskouwing oor die verskuns van I.D. du Plessis, naar aanleiding van een door de dichter zelf samengestelde bloemlezing. Bij alle waardering van dit waardevol werk, al stelt hij zijn ‘seggingsvers’ beneden de zuivere lyriek, meent hij toch: ‘die digter kan die snoeimes genadeloser gebruik het.’ - D.J. Opperman geeft ‘vier voorbeelde van ons eerste poësie’.