De Nieuwe Taalgids. Jaargang 31
(1937)– [tijdschrift] Nieuwe Taalgids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdDe Nieuwe Taalgids. Jaargang 31. J.B. Wolters, Groningen / Batavia 1937
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van jaargang 31 van De Nieuwe Taalgids uit 1937.
De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren beijvert zich voor het verkrijgen van toestemming van alle rechthebbenden; eenieder die meent enig recht te kunnen doen gelden op in dit tijdschrift opgenomen bijdragen, wordt verzocht dit onverwijld aan ons te melden (dbnl.auteursrecht@kb.nl).
redactionele ingrepen
Op verscheidene plaatsen in de tekst staan accolades die meerdere regels overspannen. Omdat wij dergelijke accolades in deze digitale versie niet goed kunnen weergeven, worden op elke betreffende regel de accolades herhaald. Ook de woorden die eromheen staan worden om misverstanden te voorkomen op iedere regel herhaald.
p. 233: het nootteken bij noot 1 ontbrak in de lopende tekst. Wij hebben deze onderaan de pagina geplaatst, aangezien niet duidelijk is aan welke zin in de lopende tekst de noot gekoppeld is.
p. 294: het nootteken bij noot 1 ontbrak in de lopende tekst. Wij hebben deze onderaan de pagina geplaatst, aangezien niet duidelijk is aan welke zin in de lopende tekst de noot gekoppeld is.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina (p. II) is niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina I]
DE NIEUWE TAALGIDS
[pagina III]
DE NIEUWE TAALGIDS
onder redaktie van
Prof. Dr. C.G.N. DE VOOYS te utrecht
EEN EN DERTIGSTE JAARGANG
BIJ J.B. WOLTERS' UITGEVERS-MAATSCHAPPIJ n.v. GRONINGEN - BATAVIA - 1937
[pagina IV]
BOEKDRUKKERIJ J.B. WOLTERS' U.M.
[pagina V]
INHOUD.
Blz. | |
---|---|
B. van den Berg: De taal van een Dordtenaar in het begin van de 17de eeuw | 70 |
D.B. Bosman: 'n Ondersoek na die gevelariseerde-ing in Afrikaans | 58 |
O. Dambre: Ph. van Borsselen-plagiaat bij J. de Harduijn | 364 |
M.R. Dijkman: Een teken des tijds: een wiskundige die met een Minister over taal disputeert | 124 |
Jos. J. Gielen: Komparatistisch uitzicht in onze Nederlandse literatuurgeschiedschrijving | 1 |
D. Haagman: Het hinkende paard (Een nationale accentkwestie) | 49 |
C.B. van Haeringen: ‘Spelling pronunciations’ in het Nederlands | 97, 152 |
C.B. van Haeringen: Opmerkingen bij de apocope van -e | 241, 322 |
K. Heeroma: Goois uit het midden der 18e eeuw | 164 |
A.M. Korpershoek: Nyhoff's wending | 298 |
W. Kramer: Moedertaalonderwijs | 221 |
W. Kramer: Twee taalpaedagogen uit de Geneefse school en hun betekenis voor het grammatica-onderwijs | 289 |
R. Kuitert en I. van der Velde: Een woordenschatonderzoek bij zesjarige kinderen | 109 |
S.M. Noach: Van Eedeniana. Kanttekeningen bij het Dagboek | 347 |
A. Reichling S.J.: Bij het ‘derde stuk’ van de ‘Zeventiendeceuwsche syntaxis’ | 33 |
A. Reichling S.J.: Het handelingskarakter van het woord | 308 |
P. Gerlach Royen: Emphasis zonder -n | 169 |
P. Gerlach Royen: De ongelukkige trits | 200 |
P. Gerlach Royen: Dergelijke en konsorten | 353 |
Ph. J. Simons: Gevoelswaarde en Grammatica | 216 |
J.J. Soons: De tendens van de Nederlandse Tartuffe-bewerkingen | 78 |
W.H. Staverman: Humor bij Vondel | 271 |
C.F.P. Stutterheim Jr.: Psychologische interpretatie van taal-verschijnselen. Een immanente critiek | 259 |
P. Valkhoff: Een boek over Arij Prins | 130 |
A.A. Verdenius: Over een - ene, zijn - zijne, enz | 26 |
A.A. Verdenius: Over de volgorde van twee verbonden infinitieven | 92 |
A.A. Verdenius: Over het 17de-eeuwse werkwoord en substantief verlangen | 173 |
C.G.N. de Vooys: Honderd jaar letterkundige kritiek in De Gids | 145 |
[pagina VI]
Blz. | |
---|---|
C.G.N. de Vooys: Uit de praktijk van de voornaamwoordelijke aanduiding (Een statistische bijdrage) | 193 |
C.G.N. de Vooys: Opmerkingen over theorie en praktijk van interpunctie | 251, 337 |
J.H.J. Willems: Sjouw en jouw | 366 |
N. van Wijk: Nieuwe wegen der vergelijkende linguistiek | 210 |
BOEKBEOORDELINGEN.
Th. H. d'Angremond: Onderzoekingen over de roman van Walewein, door A.M.E. Draak | 181 |
A.C. de Jong: De ethische denkbeelden van Hendrik Laurensz. Spiegel door Dr. J.F. Buisman | 229 |
E. Jongejan: Handleiding bij de studie der Nederlandse Letterkunde, door Dr. Jos. J. Gielen | 134 |
C.B. van Haeringen: Het Stadsfries. Een bijdrage tot de geschiedenis en de grammatica van het dialect van Leeuwarden, door K. Fokkema (Utrechts proefschrift) | 332 |
C.B. van Haeringen: Een tegenstelling noord-zuid in de praeterita en participia van de sterke werkwoorden. Een dialectgeografisch-historisch onderzoek door A.R. Hol (Utrechts proefschrift) | 376 |
P.J. Meertens: Dialectgeographie der Nederlandsche diminutiva. Bekroond door de Koninklijke Vlaamsche Academie, door Dr. Willem Pée | 232 |
De Nederlandse benamingen van de uier. (Uit het Seminarie voor Vlaamsche Dialectologie van de Universiteit te Gent) door Dr. K. Heeroma | 232 |
M. Schönfeld: Etymologisch Woordenboek der Nederlandsche Taal. Supplement, door Dr. C.B.v. Haeringen, door Franck-Van Wijk | 177 |
F.A. Vercammen: J.A. Alberdingk Thijm. Zijn dichterlijke periode, door M. van Can (Leids proefschrift) | 370 |
C.d.V.: Multatuli en de zijnen, door Dr. Julius Pee | 184 |
C.G.N. de Vooys: Niederländische Schauspieler im 17. und 18. Jahrhundert in Deutschland door Herbert Junkers | 39 |
KRONIEK EN KRITIEK.
C.d.V.: Pleonastische aanduiding. - Geslacht in dialekt als grondslag voor algemeen taalgebruik? | 185 |
[pagina VII]
AANKONDIGINGEN EN MEDEDELINGEN.
Blz. | |
---|---|
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde 1935-1936. - Nomina geographica neerlandica X. - Handelingen van de Kon. Commissie voor Toponymie en Dialectologie X. - Openbare les van J. Fransen. - Geschiedenis van de Nederlandse taal. - Werken van Vondel IX. - Het Vondel-museum, XVIIe verslag. - Recht van spreken. - Het Wien Neêrlands bloed en zijn dichter. - Het spreken en zijn voorbereiding. - Groot-Nederlands Boerenboek | 41 |
Vondels Werken in één deel. - Nieuwe proefschriften. - J.J. Starter's Friesche Lusthof. - Gysbert Japiex Wirken | 137 |
Beknopte Handelingen van het dertiende Vlaams Philologencongres (Gent 1936). - Die Afrikaanse Boek 1936. - Vondel en de Duitse letterkunde. - De vrouw van Busken Huet. - Nieuwe proefschriften | 187 |
De Statenbijbel. - Waarheen met ons vreemde-talenonderwijs. - Terschellinger volksleven, gebruiken, feesten, liederen, dansen. - Varende luyden. - De letterkundige betekenis van Schaepman. - Van den vos Reinaerde. - De spreekwoorden van Pieter Bruegel den Oude. - Mededelingen van het Frederik van Eeden-Genootschap. - Mélanges de linguistique et de philologie. - Die niederländische Dichtung des Mittelalters im Spiegel der deutschen. - Frysk Jierboek 1937. - Koenen's Verklarend Handwoordenboek der Nederlandse taal. - Tot het lezen in Jacobus van Looy. - Katholieke poëzie na 1900. - Tekstuitgaven van de firma Meulenhoff. - Nieuwe proefschriften (C.d.V.) | 279 |
Vondelherdenking: Joost van den Vondel door P. Oomes; Op 's Hemels ronde spit door P. Maximilianus; Joost van den Vondel (Schriften des Deutsch-Niederländischen Instituts Köln) - Handelingen van het zeventiende Nederlandse Philologen-congres. - Psychologie en Taalonderwijs (M.D.E. de Leve) | 335 |
De Vondel-uitgave van de W.B. voltooid. - Mededelingen van het Frederik van Eeden-Genootschap IV. - Afrikaanse Versameling | 378 |
BLADVULLINGEN.
Naschrift bij N.T. 30, 417/18 (Th.H. d'Angremond) | 43 |
Gerard Brom: Reinaert en Vondel | 96 |
Losse taal (Ph. J. Simons) | 129 |
C.d.V.: Een achttiende eeuwse Latinist over spelling | 151 |
A.A. Verdenius: Moortje, vs, 1190: De Garde. Het komt u toe! | 235 |
Taaleenheid (Leo Weisgerber) | 331 |
[pagina VIII]
UIT DE TIJDSCHRIFTEN.
Blz. | |
---|---|
De Nieuwe Gemeenschap | 48 |
De Gids | 44, 139, 188, 236, 283, 380 |
De Nieuwe Gids | 44, 139, 189, 236, 283, 380 |
De Opbouw | 285 |
De Vlaamsche Gids | 141, 191, 286, 382 |
De Socialistische Gids | 144, 190 |
De Stem | 45, 139, 190, 284, 381 |
De Werkplaats | 45, 140, 190, 237, 285, 381 |
Den Gulden Passer | 48 |
Dietsche Warande en Belfort | 46, 140, 191, 238, 286, 382 |
Die Huisgenoot | 48, 144, 192, 240, 384 |
Eigen Volk | 144 |
Groot-Nederland | 45, 139, 189, 237, 283, 380 |
Kultuurleven | 382 |
Levende Talen | 47, 144, 383 |
Leuvensche Bijdragen | 141, 191, 286 |
Litteraturblatt für Germanische und Romanische Philologie | 192 |
Museum | 48, 144, 192, 240, 288, 384 |
Nederland | 189 |
Neophilologus | 143, 192, 285, 382 |
Niederdeutsches Jahrbuch | 288 |
Ons Eigen Blad | 240, 384 |
Onze Taal | 288 |
Onze Taaltuin | 47, 142, 191, 239, 287, 382 |
Opwaartsche Wegen | 45, 140, 190, 237, 285, 381 |
Paedagogische Studiën | 240 |
Roeping | 45, 140, 190, 237, 285 |
Stemmen des Tijds | 44, 129, 189, 237, 381 |
Streven | 287 |
Studiën, tijdschrift voor Godsdienst, Wetenschap en Letteren | 286 |
Taal en Leven | 383 |
Tijdschrift voor Ned. Taal- en Letterkunde | 46, 143, 238, 382 |
Tijdschrift voor Taal en Letteren | 46, 142, 239, 287 |
Tydskrif vir Wetenskap en Kuns | 240, 287 |
Verslagen en Mededeelingen der Koninklijke Vlaamsche Academie | 141, 191, 286, 383 |
Volkskunde | 48, 192, 238 |
Vondelkroniek | 144, 238, 287, 383 |
Zeitschrift für deutsches Altertum | 288 |