Boekbeoordelingen.
Het thema en de uitbeelding van den dood in de poëzie der late middeleeuwen en der vroege renaissance in de Nederlanden door Jan Vanderheyden (Kon. Vlaamsche Academie), z.j., 390 bl.
Een studie als deze is biezonder welkom, omdat er niet alleen eenzelfde motief in doorgaande beweging gevolgd, maar ook een brug tussen verschillende vakken geslagen wordt. Ondanks Spinoza is de gedachte aan de dood een centraal beginsel in onze beschaving, zoals de moderne dichtkunst opnieuw bevestigt. Concentriese bouw valt in het boek van Dr. Vanderheyden intussen niet overal te vinden. Zelf spreekt hij, aan 't adres van anderen wel te verstaan, van ‘logge overlading’ of ‘karrevrachten-geleerdheid’ en in de zandstuiving van gegevens, waarmee hij ons overstelpt, is zijn baan niet altijd even klaar afgetekend, want we worden langs een kronkelweg, die veel op een doolhof lijkt, vermoeiend heen en weer geslingerd. Soms zouden we wensen, dat de belezen schrijver ons, in plaats van allerlei Franse wendingen bij zijn weinig sobere stijl, een beetje Romaans vormgevoel in de compositie van zijn werk gegund had. Maar hij zal fier kunnen antwoorden, dat het eervoller is een baanbreker dan een heksluiter in de wetenschap te zijn. Als wegwijzers helpen zijn opgaven volgende vorsers weer verder brengen.
Het is stellig het recht van een onderzoeker om zijn terrein af te bakenen tot het gebied, waar hij zich vellig voelt; en de schrijver waarschuwt uitdrukkelik, dat hij van de beeldende kunst geen biezonder werk wilde maken, al was het niet moeilik geweest om een beter kenner voor Dürer aan te halen dan Weber, waarvan het gezag niet groot meer is. Maar van de theologie kan iemand, die het doodsbeeld behandelt, zich onmogelik afmaken, terwijl de schrijver telkens toch zijn zwakheid als godgeleerde toont. De noot bl. 109 is onbegrijpelik, de opmerking onderaan bl. 141 ongerijmd. De achtergrond van Bijbel en liturgie moest veel sterker spreken, nog afgescheiden van kleine verschrijvingen als Apocalypses of de aanduiding van Paulus' overbekende tekst, dat de dood het loon is van de zonde, als een patristies in plaats van een apostolies woord (277). Dan zou het verband tussen Michaël, de aartsengel die de duivel overwon, en de dood, waarover bl. 269 een vraag wordt gesteld,