pondente antwoordt: ‘.... Ik kom tot de bezwaren die U noemt. Etymologieën zijn tegenwoordig zeer onzeker, maar, zó als zij zijn, zouden de oude boeken ze bewaren en daar zouden de etymologen ze kunnen vinden. Woorden veranderen in de loop der tijden van betekenis, zowel als van spelling en uitspraak, en om hun tegenwoordige betekenis te kennen nemen wij niet onze toevlucht tot hun etymologie. Als ik een man een knave en een vilain noemde, dan zou het een schrale troost zijn als ik hem zeide dat een dier termen oorspronkelik slechts een “knaap” of “dienaar” aanduidde, en de ander een “landman” of de “bewoner van een dorp”. De betekenis der woorden kan alleen uit het tegenwoordig gebruik blijken. Een tweede bezwaar is dat “het onderscheid tussen woorden van verschillende betekenis en gelijke klank zou verdwijnen”. Maar dat onderscheid bestaat reeds niet als wij de woorden uitspreken, en wij vertrouwen op de betekenis van de zin, die aangeeft welk van de vele gelijkluidende woorden wij bedoelen. Als dit reeds mogelik is in het snelle gesprek, dan zal het nog veel gemakkeliker zijn in geschreven
zinnen, die wij op ons gemak lezen. En uw derde bezwaar, “dat alle boeken die reeds zijn geschreven onbruikbaar zouden worden”, zou zich eerst zeer langzamerhand in de loop der tijden doen gevoelen. Gij en ik en onze levende lezers zouden ze altijd gemakkelik kunnen lezen, en dit zou nog lang het geval zijn. Bedenk dat, als de Italianen nooit hun spelling in overeenstemming met de uitspraak hadden gebracht, zij nu nog episcopus moesten schrijven om vescovo weer te geven.“
Het is niet aanmoedigend te moeten constateren dat het, in 1929, nog steeds nodig is te herhalen wat, in 1768, Franklin reeds zo juist heeft gezegd.
J.J. Salverda de Grave.