te volgen. Zeer technies daarentegen is de verhandeling van H.D. Bouman, wiens proeven met behulp van electriese resonantie wellicht enigermate begrijpelik en controleerbaar zijn voor een niet te oppervlakkig radio-amateur, en die van A. Abas over ‘le timbre des voyelles’.
Niet afschrikwekkend van wiskundigheid en zeer merkwaardig om de persoonlike beschouwingswijze is Tome III, dat geheel gevuld wordt door een studie van de Amerikaan R.A. Stetson, onder de eigenaardige titel: ‘Motor Phoneties, a Study of Speech Movements in Action’. Stetsons phonetiek is streng geneties: de ‘moments’ zijn het primaire en wezenlike. Ten grondslag van zijn hele beschouwing ligt de syllabe, die hij herleidt tot een enkelvoudige beweging (‘balistic movement’) van de uitademingsspieren: de ‘sonoriteitssyllabe’ of ‘Schallsilbe’ verwerpt hij principiëel. Vocalen en consonanten worden dan behandeld in het kader van de ‘syllabic movement’. Vandaar, dat aan de consonanten, die meestal een actief aandeel hebben aan de vorming der syllaben, doordat ze de ademstroom afsluiten of vrijlaten (‘arresting’ en ‘releasing consonants’), de meeste aandacht wordt gewijd. Achtereenvolgens komen enkele en meervoudige, met éen of met meer articulatieorganen voortgebrachte medeklinkers ter sprake. Van de syllabe klimt hij dan op tot grotere eenheden, groepen van syllaben, ‘ademgroepen’ en bespreekt de differentiatie tussen die gegroepeerde syllaben onderling door accent en rhythme.
Het systeem van Stetson is wel heel simplisties, en daardoor hier en daar eenzijdig. De manier waarop hij met afwijkende meningen, die in dat systeem niet passen, afrekent, is gewoonlik meer vlot dan overtuigend. Ook zou te praten zijn over de wijze waarop hij zijn proefnemingen inricht: deze berusten steeds maar weer op geforceerde versnelling van het spreektempo. Maar zijn waarnemingen wekken vertrouwen om het grote aantal proeven, waarop ze berusten, en bij zijn conclusies omtrent de syllabe en het begin en eind daarvan - veel besproken punt in de phonetiek! - zegt hij rake en originele dingen, die overdenking waard zijn ook buiten de kring der experimentalisten.
C.B. van Haeringen.