Woordverkorting.
Leo Spitzer wijst in het Literaturblatt (1922, No. 1-2) op een studie van Hilding Kjellman over Mots abrégés et tendances d'abréviation en français (Uppsala Universitäts Årsskrift 1920). Drieërlei verkorting worden daarin behandeld: 1o door reduplikatie (bobosse = bossu); 2o door apocope (sous-off) en aphaeresis (chand = marchand); 3o letterwoorden (râleur = R.A.L. = Régiments d'artillerie lourde). De eerste soort is verouderd, de tweede levend, de derde, afkomstig uit anglo-amerikaanse kringen, zeer in de mode. Van belang is het, de internationale verspreiding van deze typen na te gaan. Spitzer noemt behalve het Frans: het Spaans, Engels, Duits en Hongaars. Voor het Nederlands - dat hier niet genoemd is - valt ook na het artikel van H. Linnebank (vgl. N. Taalg. XV, 222) nog vrijwat op te merken en te verzamelen.
C.d.V.