Kroniek en kritiek.
Tekstherstel in de ‘Sara Burgerhart’.
In de vierde jaargang van ons tijdschrift (blz. 178) beklaagden we ons over ‘tekstverknoeiing’ in de W.B.-uitgave van Sara Burgerhart. Met genoegen lazen we als toevoeging ‘bij de zesde druk’ (1915) de volgende mededeling van prof. Knappert: Wat De Nieuwe Taalgids schreef ‘was onwedersprekelijk en nog niet streng genoeg. Want “overbrengen in de hedendaagsche spelling” is waarlijk iets anders dan oude, bij den tijd behoorende, uitdrukkingen te moderniseeren, het zoogenaamde platte te fatsoeneeren, de toenmaals veelvuldig gebruikte Fransche woorden te vertalen. Toch geschiedde dit alles (buiten mijn weten) tot groote schade van het origineel, terwijl ook de drukfouten legio waren. De ontdekking was pijnlijk, maar thans heb ik zelf den tekst van woord tot woord met het oorspronkelijke vergeleken en grondig verbeterd.’
Met voldoening vestigen wij er de aandacht op, dat deze terecht gewaardeerde uitgave nu innerlik even goed verzorgd is als uiterlik: onze kritiek had geen ander doel dan dit te bereiken. Tevens zien we daarin een erkenning, ook van de zijde der Redaktie, dat de schrijver van inleiding en aantekeningen de volle verantwoordelikheid dient te dragen voor de tekstbehandeling, en dat een zuivere tekst, bij een zo verdienstelike onderneming als de Wereld-bibliotheek, met het volste recht verwacht mag worden.