De spectator.
De drukken van de Historische Schets van de Nederlandsche Letterkunde door Dr C.G.N. de Vooys volgen elkaar zo vlug op dat ik verzuimd heb de aandacht van de schrijver te vestigen op een vergissing in zijn boek. Nu blijkt me dat ook Dr. Prinsen in zijn Beknopte Geschiedenis dezelfde fout begaat, en er nog een paar onjuiste jaartallen aan toevoegt. Het lijkt me daarom voor de gebruikers van deze boeken, en voor de lezers van dit tijdschrift, de moeite waard de juiste gegevens mee te delen.
De Engelse Spectator was niet een weekblad, maar een dagblad; het verscheen dus zes maal per week (dus is duidelik voor iemand die Engeland kent). Het eerste nummer verscheen op Donderdag 1 Maart 1711, het laatste (555e) nummer op 6 Desember 1712.
Het is ook niet geheel juist te zeggen dat er allerlei maatschappelike toestanden en kwesties in besproken werden. Want ook tal van andere onderwerpen werden er in behandeld. Afgezien van de inleidende nummers met beschrijving van de leden van de klub, zou ik, vooral met het oog op de Hollandsche Spectator, niet verzuimen de zedekundige beschouwingen te noemen, en verder de aesthetiese over dramatiese en epiese poëzie (Milton).
E. Kruisinga.