Taal en Tongval. Jaargang 46
(1994)– [tijdschrift] Taal en Tongval– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 74]
| |
F. de Tollenaere
| |
[pagina 75]
| |
Het werk werd voortgezet door zijn leerling dr. fil. Stig Björklund, als medewerker verbonden aan het archief der Zweedse dialekten en volkstradities in Uppsala. Dat instituut was toen nog gevestigd in een verdieping van de Carolina, de universiteitsbibliotheek.Ga naar voetnoot1 In 1961 kwam een eerste aflevering, van a tot barka ‘boomschors verwijderen’, van de pers. Het gehele werk werd berekend op vijf delen van ca. 560 bladzijdenGa naar voetnoot2 en verschijnend met een aflevering van tachtig bladzijden per jaar. De trefwoorden worden zoveel mogelijk genormaliseerd naar de spellingprincipes die ten grondslag liggen aan het Woordenboek der Zweedse Akademie. De citaten verschijnen in de vorm waarin ze ter plaatse werden opgetekend, te weten in het fonetische, zgn. Landsmålsalfabet met zijn ca. 130 tekens. Op de betekenisomschrijving volgt telkens een Engelse vertaling.Ga naar voetnoot3 In 1968 waren acht afleveringen verschenen en twee jaar later kwam een negende met de illustraties bij deel I (A-F). Van 1970 tot en met 1980 kwam, in negen afleveringen, een tweede deel (G-K) van de pers; een tiende aflevering bevatte weer het illustratiemateriaal bij dat deel. Met negen afleveringen tussen 1981 en 1989, plus een tiende met illustraties, werd het derde deel (L-R) voltooid. Aangezien het gehele werk berekend is op vijf delen, zijn hiermee drie vijfden van het woordenboek klaar. In 1991 werd met aflevering 30 een begin gemaakt met de letter S. De eenendertigste aflevering verscheen kort voordat Stig Björklund 75 jaar werd, t.w. op 19 februari 1994. Zijn hele werkzame leven heeft hij gewijd aan de taal van Dalekarlië, vooral aan het realiseren van het door Lars Levander begonnen woordenboek. Ook na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, is hij, geheel onbaatzuchtig, de verantwoordelijkheid blijven dragen voor het grote werk, met zijn Engelse titel Dictionary of Dialects of Upper Dalecarlia. Op de dag toen hij 75 jaar was, werd hem op het ‘Dialekt- och Folkminnesarkiv’, door de chef, Maj Reinhammar, een feestbundel Dalmålsstudier, overhandigd. Daarin werden enkele in verschillende tijdschriften verschenen en door Björklund geschreven artikelen verzameld, bij elkaar 265 bladzijden. | |
[pagina 76]
| |
In de eenendertigste aflevering, van Skatben ‘eksterpoot’ tot Skriftsocka ‘witte kous(en) gedragen bij het H. Avondmaal (Communie)’Ga naar voetnoot4, wordt het woord skinväder ‘zonnig weer’ aangetroffen, hetzelfde woord waarmee de vader van dit lexicon, Lars Levander zich nog heeft beziggehouden voor hij op 27 april 1950 stierf. De S is in de Zweedse lexicografie een grote letter, veel groter nog dan in het Nederlands, waar een oorspronkelijke s aan het begin van het woord vòòr een klinker tot z werd verzacht. Deel 4 zal dan ook vermoedelijk grotendeels uit s-woorden bestaan. Toen het OÖD in 1961 begon te verschijnen, was de verwachting dat het na vijfentwintig jaar zou zijn voltooid. Na dertig jaar zijn nu drie vijfden klaar, op zichzelf een indrukwekkende prestatie. Maar het zou almetal nog wel tien tot vijftien jaar kunnen duren, eer het eind in zicht is. Het gaat met alle woordenboeken zo: men is te optimistisch over de tijd die het werk in beslag zal nemen en men heeft geen weet van de hindernissen die zich zullen voordoen. Toch is dit woordenboek een model van regelmaat wat de voortgang van het werk betreft. En met het begin van de S heeft men de medewerking gekregen van jonge krachten: Margareta Källskog en Kristina Hagren; met aflevering 31 kwam daar nog Anna Westerberg bij. Menselijkerwijs gesproken is de voltooiing van het woordenboek van Dalekarlië verzekerd; moge skinväder zijn deel zijn op de nog af te leggen weg! |
|