Verrekken. (T. & L. blz. 441).
Mr. C. Bake uit Noord & Zuid hier door de heer Cramer ons weer voorgesteld, maakte naar aanleiding van rekken = lopen ook de veronderstelling, dat de verwensing ‘verrek’ = ‘loop heen, ruk uit.’ Dat is toch niet waarschijnlik, altans in de taal van nu is ‘verrek’ heel wat sterker dan b.v. ‘loop rond’ of ‘loop naar de pomp.’ Van 'n halve gek, heb ik gehoord dat hij bij de geringste aanleiding je toewenste: ‘stik, verrek, val dood,’ dus ‘verrekken’ is zo min toch niet. - Op 'n bal snijdt er een op over 'n meisje dat door 'n ander met 'n goed oogje wordt aangezien (in de Roman van Bernard Bandt, ergens): ‘ze gaf me bij de grand'chaine 'n allerhartelikst handdrukje’ zegt André, maar Bernard ergert zich daarover en loopt weg met 'n ‘verrek!’ - dat is toch ook wat sterker, dan bloot: ‘loop heen.’ Naast: val om, val dood, zak in mekaar, val in drieën, zal verrek ook wel net betekenen, wat het voor ieders taalgevoel is, níét: ga uws weegs, ‘rek uw pad,’ verrek, maar: wordt langer, wordt té lang, wordt uit mekaar gerukt, verrek.
u.
p.h.m.