Taal en Letteren. Jaargang 6(1896)– [tijdschrift] Taal en Letteren– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Orbilius Antibarbarus. De schrandre Orbilius, de Valla van zijn tijd, Dic al zijn gecstvermogens wijdt Aan 't oordeelkundig onderzoeken Van oude en nicuwe spelleboeken, Hij, die de doling van een komma fiks betrapt, En, wijl de letters 't woord, en woorden zaken maken, Ecrst om de letters denkt, en eindlijk om de zaken, Hij, wien geen streep, geen stip ontsnapt, De held, die door zijn edelmoedig pogen De taal dus keurig schift en zift, Sloeg onderdaags de scherpziende oogen Toevallig op een luifelschrift. Wat ziet hij!.... hij staat stil, verbleekt en zegt: ‘O, Narren! Waar zal 't in 't eind nog heen!... O wee! Zoo durft men thans uw schoone tààl verwarren ...... en schrijven Koffij met een C!’ J. van Braam † 1751. Vorige Volgende