En al zouden eeuwen noodig zijn dat onder stilstand die doodslaap leek, en tumult van revoluties en tyrannie van verstarde heerschappijen, deze liefde verloren scheen, ééns zou ze zeker komen en zich uiten in een nieuw geloof.
Herkent ge niet de aanmatiging van deze nieuwe geloovers?
Wij gelooven dat wij ons het Leven zullen voorstellen. Het moet érgens zijn: ons Beeld van het Leven.
Maar dit is ongehoord, is 't niet? Hier is het immers: het is Hellas dat het geschapen heeft. Neen, dit andere: van God die de wereld schiep en Jezus, zijn Zoon. De Gothiek hier. De Renaissance daar.
De Deo, zette Spinoza boven het eerste boek van zijn Ethica, - van het Leven.
En sints hem is Europa aan 't werk gegaan. Van uit dit ééne beginsel: - Ons eigen Levensbeeld, - is er geen ding dat mensch denkt of durft, dat niet van den wortel af is vervormd. Van Dichtkunst en Schilderkunst, Bouwkunst en Beeldhouwkunst, van Wetenschap en Wijsbegeerte, van Staatkunde en Staathuishoudkunde, van de kennis van het minste feit tot de hoogste bespiegeling. Overal voor den ouden vorm die dood was, de nieuwe ervaring in de plaats gesteld. Overal voor de traditie van vroegere tijden het nieuwe levende beeld.
Zeker heeft dit werk die twee eeuwen over Europa niet stil gestaan. Maar soms lijkt het, of de natuur onder den grond werkt, zoodat wij het niet merken; dan, of er veel tijd verloren gaat aan het veranderen van het minst belangrijke; zelden zijn de groote erupties, als het is of alles opeens komt, zooals in de tweede helft van de vorige eeuw, de dichterlijke en wijsgeerige omwenteling in Duitschland, de economische in Engeland, de sociale in Frankrijk.
Tusschen toen en nu is er zoo'n groote tijd niet weer geweest.
Maar nu is het weer alsof hij aan 't komen is. Of de een het zoekt in het oude christendom, de ander in het occultisme, een derde in het socialisme, een vierde in de oude Italianen, een vijfde, ja in welke afdeeling van het verleden wordt niet gezocht naar een vorm voor het tegenwoordige? - het feit is, dat de heele wereld in kunst, wijsbegeerte en maatschappelijk leven in één angst zoekt of ze het vinden zal.
Inleiding. Tweemaandelijksch Tijdschrift voor Letteren, Kunst, Wetenschap en Politiek. Redactie: L. van Deyssel en Albert Verwey. Afl. 1.